• Open de kraan in de dieselolieaanvoerleiding.
1 Open de kraan in de dieselolieaanvoerleiding.
2 Draai de ontluchtingsschroef los met een
schroevendraaier (2~3 slagen tegen de klok).
3 Voer brandstof aan met de voorpomp.
De voor pomp bevindt zich boven op het
brandstoffilter.
Beweeg de voorpompknop op en neer tot er
brandstof met luchtbellen uit de ontluch-
tingsopening stroomt.
4 Draai de ontluchtingsschroef weer vast als de
uitstromende vloeistof helder is en helemaal
geen bellen meer bevat.
3.3 Motorolie toevoegen
Vul de motor met de gespecificeerde hoeveelheid
smeerolie.
1 Verwijder de vuldop op het nokkenasdeksel en
giet de olie in de opening.
2 Verwijder de oliepeilstok en giet smeerolie bij
tot de bovenste markering op de oliepeilstok.
Duw de oliepeilstok helemaal naar beneden
om het olieniveau te controleren.
Motoroliecapaciteit: TOTAAL: 13
3 Doe de oliepeilstok weer op zijn plaats en
draai de vuldop met de hand stevig aan.
Oliepan: 10
_
[LET OP]
Giet niet te veel olie bij.
Overmatig vullen heeft tot gevolg dat
tijdens bedrijf olie via de ontluchting
in het inlaatspruitstuk komt, wat
motorproblemen veroorzaakt.
_
27
Ontluchtingsschroef
Dieselolievoorpompknop
Dieselolievoedingpomp
Smeerolievuldop
Peilstok