VOORZICHTIG
Een eventueel noodzakelijke desinfectie moet altijd vooraf gegaan worden door een grondige
reiniging.
In geen geval mogen desinfectiemiddelen worden gebruikt waarbij chloor vrijkomt of die sterke
logen of fenolderivaten bevatten. De canule kan hierdoor ernstig beschadigd raken of zelfs
vernield worden.
2.2 Desinfectie van de buitencanule met cuff
Een desinfectie van tracheacanules met cuff mag alleen met inachtneming van de uiterste
zorgvuldigheid en controle worden uitgevoerd. De ballon moet in elk geval eerst geblokkeerd worden.
Desinfectiestappen
Hiervoor mag uitsluitend het OPTICIT
canuledesinfectiemiddel (REF 31180; niet verkrijgbaar
®
in de VS) volgens de instructies van de fabrikant worden gebruikt. Als alternatief raden wij een
desinfectiemiddel op basis van glutaaraldehyde (o.a. verkrijgbaar in de VS) aan. Daarbij moeten
de betreffende voorschriften van de fabrikant over toepassingsgebied en werkingsbereik worden
opgevolgd.
Na de desinfectie dienen de canules zowel aan de binnen- als aan de buitenkant grondig te worden
NL
afgespoeld met een steriele of afgekoelde gekookte zoutoplossing (NaCl 0,9%) en vervolgens te
worden gedroogd.
Daarbij moet het canuleschild worden ontgrendeld en enkele keren heen en weer worden bewogen,
om een grondige reiniging ook onder de borgschroef van het canuleschild te garanderen
Volg de gebruiksaanwijzing van het desinfectiemiddel op.
Na het nat reinigen moet de canule met een schone en pluisvrije doek goed worden afgedroogd.
3. Sterilisatie/autoclaveren
Het is niet toegestaan het product opnieuw te steriliseren.
LET OP!
Verhitting tot meer dan 65 °C, uitkoken of een stoomsterilisatie is niet toegestaan en leiden tot
beschadiging van de canule.
XI. BEWAREN/VERZORGING
Momenteel niet gebruikte canules moeten in een droge omgeving in een schone kunststofdoos en
beschermd tegen stof, zonlicht en/of hitte worden bewaard.
Nog steriel verpakte reservecanules moeten in een droge omgeving en beschermd tegen stof, zonlicht
en/of hitte worden bewaard.
Bij gereinigde canules moet u erop letten dat de ballon is geleegd (gedeblokeerd) voordat deze wordt
bewaard.
Gebruik als glijmiddel uitsluitend stomaolie (ref. 31525) of het OPTIFLUID
-stomaoliedoekje (ref.
®
31550).
Om er zeker van te zijn dat u altijd over een canule kunt beschikken, adviseren wij dringend ten minste
twee reservecanules bij de hand te hebben.
XII. GEBRUIKSDUUR
Deze tracheacanules zijn steriele producten bestemd voor gebruik bij één patiënt.
De maximale gebruiksduur is 29 dagen (gerekend vanaf de datum waarop de steriele verpakking
werd geopend). Als een ziektekiem (bijv. MRSA) aanwezig is, wordt de gebruiksduur resp. bewaartijd
overeenkomstig korter.
De houdbaarheid van een canule wordt beïnvloed door vele factoren. Zo kunnen de samenstelling
van het secreet, hoe grondig u de canule reinigt en andere aspecten van doorslaggevend belang zijn.
De maximale houdbaarheid wordt niet verlengd als de canule wordt gebruikt met onderbrekingen (bijv.
in het kader van reinigingsintervallen, waarin dan andere canules worden gebruikt).
Uiterlijk 29 dagen na het openen van de steriele verpakking moet de canule worden vervangen.
Dit geldt ook als de canule na het openen elke dag, slechts enkele dagen of helemaal niet is gebruikt.
Na 29 dagen mogen de canules niet meer worden gebruikt, maar moeten op de juiste manier worden
afgevoerd. Beschadigde canules moeten onmiddellijk worden vervangen.
LET OP!
Elke verandering van de canule en reparaties van de canule mogen alleen worden uitgevoerd
door de fabrikant zelf of door bedrijven die hiervoor uitdrukkelijk schriftelijk van de fabrikant
toestemming hebben gekregen! Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden aan tracheacanules
kunnen leiden tot ernstig letsel.
71