Om het aspireren van secreet te voorkomen kan bij de Suction-versie van de tracheacanules het direct
boven de cuff verzamelde secreet via de aan de canule bevestigde afzuigopening afgezogen worden.
Daardoor hoeft er niet meer gelijktijdig met het deblokkeren van de canule aanvullend afgezogen te
worden met behulp van een afzuigkatheter, wat het gebruik bijzonder vereenvoudigt.
LET OP!
Bij alle tracheacanulevarianten met een afzuiginrichting ("SUCTION") moet er tijdens het
afzuigen goed op worden gelet dat er zo kort mogelijk onderdruk wordt gecreëerd; uitdroging
van de subglottische ruimte, die daarvan het gevolg is, moet vermeden worden.
LET OP!
Contra-indicatie bij patiënten met verhoogde bloedingsneiging (bv. bij anticoagulatietherapie).
Bij deze patiënten mogen de Suction-tracheacanules met afzuigopening niet gebruikt worden,
omdat er een verhoogd risico bij het afzuigen aanwezig is.
VIII. HANDLEIDING VOOR HET INBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN EEN CANULE
Voor de arts
De passende canule moet door de arts of opgeleid deskundig personeel worden gekozen.
NL
Voor een optimale pasvorm en de best mogelijke in- en uitademing moet altijd een bij de anatomie van
de patiënt passende canule worden gekozen.
Voor de patiënt
LET OP!
Breng canules altijd alleen met volledig ongeblokkeerde cuff in (zie afb. 7a)!
LET OP!
Controleer de steriele verpakking zorgvuldig om er zeker van te zijn dat de verpakking niet is
gewijzigd of beschadigd. Gebruik het product niet als de verpakking werd beschadigd.
Controleer de houdbaarheids- / uiterste gebruiksdatum. Gebruik het product niet na deze
datum.
Het verdient aanbeveling om hierbij gebruik te maken van steriele handschoenen voor eenmalig
gebruik.
Controleer vóór het inbrengen eerst de canule op zichtbare beschadigingen en loszittende onderdelen.
Mocht u iets opvallends constateren, gebruik de canule dan in geen geval, maar stuur deze op ter
controle.
Het canuleschild en de trechtervormige behuizing (houder) mogen niet in de tracheostoma geschoven
worden. Let erop dat het canuleschild zich altijd buiten de tracheostoma bevindt (zie afb. 2).
Als zich secreet in het lumen van de Fahl
-tracheacanule vastzet, dat niet weg kan worden gehoest of
®
door afzuigen kan worden verwijderd, moet de canule verwijderd worden.
1. Inbrengen van de canule
Stappen voor het inbrengen van de Fahl
-tracheacanules
®
Gebruikers moeten vóór gebruik hun handen wassen (zie afb. 3).
Verwijder de canule uit de verpakking (zie afb 4).
Als een obturator wordt gebruikt, moet deze eerst volledig in de canulebuis worden ingebracht zodat
de band op de greep van de obturator op de buitenste rand van de 15 mm connector ligt. De olijfpunt
steekt daarbij uit de canulepunt (proximale uiteinde van de canule). Tijdens de gehele procedure moet
de obturator in deze positie worden gehouden.
Let bij tracheacanules met cuff op de volgende punten:
Controleer vóór het inbrengen van de tracheacanule ook de cuff (ballon) – die mag niet beschadigd
zijn of lekken en moet de vereiste afdichting waarborgen. Wij raden u daarom vóór elk gebruik aan
de afsluiting te controleren (zie par. VII, nr. 3.1.1). De ballon moet voor het inbrengen van de canule
volledig geleegd zijn (zie afb. 7b)! Let er bij het gebruik van een hulpmiddel voor het spreiden van de
tracheostoma op dat de canule, en met name de cuff, door het spreiden niet door trek beschadigd
wordt.
Aansluitend wordt een tracheakompres op de canulebuis geschoven.
Om het glijvermogen van de tracheacanule te verhogen en daardoor het inbrengen in de trachea te
vereenvoudigen, verdient het aanbeveling de buitenslang in te smeren met een OPTIFLUID
doekje
®
met stomaolie (REF 31550), wat een gelijkmatige verdeling van de stoma-olie op de canulebuis
garandeert (zie afb. 4a en 4b), of FAHL
OPTIFLUID
Lubricant Gel 20g tube (REF 36100) of FAHL
®
®
®
OPTIFLUID
Lubricant Gel 3g sachet (REF 36105).
®
Als u de canule zelf inbrengt, kunt u dit vergemakkelijken door de Fahl
-tracheacanules vóór een
®
spiegel in te brengen.
Houd de Fahl
-tracheacanules bij het inbrengen met de ene hand aan het canuleschild vast (zie afb.
®
5).
Met de andere, vrije hand kunt u het tracheostoma iets uit elkaar trekken zodat de canulepunt beter
in de ademopening past.
Voor het spreiden van de tracheostoma zijn ook speciale hulpmiddelen verkrijgbaar (tracheospreider
ref. 35500), waarmee de tracheostoma gelijkmatig en voorzichtig kan worden gespreid, bijv. ook in
noodgevallen bij een collaberende tracheostoma (zie afb. 6).
51