Berner 406766 Instrucciones De Manejo página 74

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 35
OPMERKING: Tijdens het ontluchtingsproces wordt, wanneer de remvloeistof via
de ontluchtingsschroef wordt aangezogen, ook lucht uit de schroefdraad van de
ontluchtingsschroef in de aangezogen ontluchtingsslang gezogen. Dit kan de valse indruk
wekken dat er lucht uit de leidingen ontsnapt, maar dit is normaal en vormt geen probleem.
Om dit soort lucht te voorkomen of te verminderen, smeert u de schroefdraad van de
ontluchtingsschroef vóór het ontluchten in met siliconenvet.
7 .
Houd de ontluchtingsschroef open totdat nieuwe
vloeistof zichtbaar door de remslang (F) stroomt
(gewoonlijk 20 tot 30 seconden).
8.
Sluit de ontluchtingsschroef stevig, zonder hem
te strak aan te draaien, voordat u de rubberen
fitting verwijdert en de ontluchter afsluit.
OPMERKING: Het is belangrijk dat de rubberen fitting aangesloten blijft op de
ontluchtingsschroef en dat de eenheid vacuüm blijft trekken terwijl de ontluchtingsschroef
gesloten is. Dit voorkomt dat lucht uit de draad van de ontluchtingsschroef terug in de
wielcilinder wordt gezogen voordat de ontluchtingsschroef is vastgedraaid en verzegeld. Als u
geen automatische vulset gebruikt, controleer dan regelmatig het peil en het remvloeistofpeil
in de hoofdremcilinder.
cilindro principal.
INSTRUCTIES VOOR HET ONTLUCHTEN VAN HET
HYDRAULISCHE KOPPELINGSSYSTEEM
BELANGRIJK: De volgende procedures zijn bedoeld als richtlijnen voor het gebruik van dit
toestel. Volg naast deze richtlijnen altijd de door de fabrikant aanbevolen procedures bij het
onderhoud van een voertuig.
HET VERWIJDEREN VAN DE OUDE VLOEISTOF UIT
DE K O P P E L I N G
HOOFDREMCILINDER
1.
Parkeer het voertuig op een vlakke
ondergrond en schakel de motor uit.
2.
Reinig de buitenkant van de hoofdremcilinder en
het deksel van de hoofdremcilinder om te
voorkomen dat er vuil in de hoofdremcilinder
komt wanneer het deksel wordt verwijderd.
3.
Verwijder de dop van het remvloeistofreservoir.
4.
Sluit perslucht (4,8 bar tot 11,6 bar) aan via de
nippel op de luchtklep (I) aan één kant van de
ousing (A).
F
A
NL
I
loading