Patiëntgegevens; Artsenprofiel; Applicaties/Applicatieprocessen; Apparaatstatus/Apparaatkoppeling - Braun Aesculap OrthoPilot Elite OrthoPilot 4 FS112 Instrucciones De Manejo

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 52
7.1
Patiëntgegevens
In dit gedeelte kunnen preoperatieve patiëntgegevens en operatie-rele-
vante gegevens worden ingevoerd.
Patiëntgegevens invoeren (naam, voornaam, geboortedatum).
Te opereren zijde kiezen.
Geslacht kiezen.
7.2

Artsenprofiel

In dit gedeelte kunnen arts-specifieke profielen worden aangemaakt,
bewerkt, verwijderd en geselecteerd.
Opmerking
Al naar gelang kan de naam van de chirurg kan worden ingevoerd of vooraf
ingesteld door middel van een profielnaam.
7.3

Applicaties/applicatieprocessen

Opmerking
Applicaties kunnen pas worden gestart als alle patiëntgegevens zijn inge-
voerd, zie Paragraaf 7.1.
Tegel van de bijbehorende OrthoPilot
De toepassing wordt gestart.
Opmerking
Meer informatie over applicaties en hun workflow wordt beschreven in de
gebruikershandleidingen van de OrthoPilot
Applicatietegels configureren
Opmerking
Om de applicatietegels te configureren moet de Edit-modus geactiveerd
zijn, zie Paragraaf 7.5.
De applicatietegels kunnen als volgt geconfigureerd worden:
Tegel vergroten/verkleinen (touch-gebaar)
Tegel verplaatsen (touch-gebaar)
Tegel hernoemen (invoer gebeurt via een virtueel keyboard)
Opmerking
Om daarna applicaties te starten, moet de Edit-modus opnieuw worden
gedeactiveerd en de user-modus worden geactiveerd, zie Paragraaf 7.5.
7.4

Apparaatstatus/apparaatkoppeling

Afb. 1
In dit gedeelte wordt statusinformatie voor de OrthoPilot
de verbonden randapparatuur, de OrthoPilot
®
OrthoPilot
4 snoerloze voetschakelaar weergegeven.
Opmerking
®
Als de OrthoPilot
4 snoerloze voetschakelaar niet wordt gebruikt kan de
statusaanduiding bij de eerste inbedrijfstelling gedeactiveerd worden.
Informatie en opties voor functietests en foutbehandeling van het
apparaat weergeven: selecteer de apparaatknop.
®
applicatiesoftware selecteren.
®
softwaretoepassingen.
®
4 panel PC en
®
4 snoerloze camera en
Er zijn twee soorten meldingen:
Symbool
Aanduiding
Waarschuwing
Storing
®
7.4.1
OrthoPilot
4 panel PC
Via de knop "panel PC" wordt informatie zoals het artikelnummer, serie-
nummer en de accustatus van de OrthoPilot
Accu-/batterijstatus
Als de panel PC tijdens bedrijf van stroom wordt voorzien via de geïnte-
greerde noodstroomvoorziening (UPS), wordt een waarschuwing weerge-
geven. De accu van de UPS is zo ontworpen dat de panel PC in geval van
een spanningsonderbreking minstens 2 minuten van stroom wordt voor-
zien. Als er tijdens de applicatieworkflow een spanningsonderbreking
optreedt, wordt dit in de applicatie weergegeven (voor meer informatie, zie
de gebruiksaanwijzing van de applicaties).
Als de oorzaak van de spanningsval niet onmiddellijk kan worden gevon-
den en gecorrigeerd, wordt het systeem automatisch uitgeschakeld als de
batterijspanning kritiek is.
Melding
Aanduiding op het display
Waarschuwing:
Het apparaat kan onder bepaalde randvoorwaarden
apparaat draait
worden gebruikt.
op noodstroom-
Lees de waarschuwing en volg de instructies.
voorziening
Fout: kritieke
Apparaat kan niet worden gebruikt.
accustatus
Fouten met de probleemoplossingsdialoog verhel-
pen.
Controleer of de stroomkabel per ongeluk is losgetrokken.
Bij de systeemstart van de OrthoPilot
automatisch op werking gecontroleerd. Als een overbrugging van de span-
ningsonderbrekingen (bijv. door een lege of defecte UPS-accu) te garan-
deren, wordt dit aangegeven door een waarschuwing.
Gebruik het apparaat pas als de accu voldoende is opgeladen zodat de
UPS-functionaliteit tijdens het gebruik gegarandeerd is.
Beschrijving
Het apparaat kan onder bepaalde rand-
voorwaarden worden gebruikt.
Lees de waarschuwing en volg de
instructies.
Apparaat kan niet worden gebruikt.
Fouten met de probleemoplossingsdia-
loog verhelpen.
®
4 panel PC weergegeven.
® Elite
Hardware System wordt de UPS
nl
105
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido