Ook moet de arts elke patiënt een exemplaar geven van de handleiding van het Axonics SNM-proefsysteem. De arts
moet de volgende hoofdstukken met de patiënt doornemen:
• Het proefsysteem krijgen
• De proefperiode
De arts moet zijn of haar patiënt de volgende instructies geven:
• Patiënten moeten hun medische zorgverleners, zoals hun huisarts en tandarts, laten weten dat ze een
geïmplanteerd neuromodulatie-proefsysteem hebben. Patiënten moeten de handleiding van hun proefsysteem
meenemen naar alle medische en tandheelkundige afspraken. Dit helpt bij het oplossen van eventuele vragen
die de medische zorgverlener heeft over te nemen voorzorgsmaatregelen om mogelijke problemen met het
apparaat te voorkomen.
• Patiënten moeten altijd hun afstandsbediening bij zich dragen. Hierdoor kunnen ze de stimulatieamplitude
veranderen en/of de TS in- of uitschakelen.
• Patiënten moeten hun afstandsbediening altijd meebrengen naar afspraken voor hun Axonics SNM-systeem,
met inbegrip van alle programmeersessies.
• Patiënten moeten contact opnemen met hun arts als ze ongebruikelijke signalen of symptomen waarnemen.
COMPONENTEN AFVOEREN
De volgende stappen moeten worden genomen wanneer het Axonics SNM-systeem geëxplanteerd wordt (bijvoorbeeld
vanwege een vervanging, stoppen van de therapie of na overlijden van de patiënt) of wanneer accessoires worden
afgevoerd:
• Zo mogelijk moet de geëxplanteerde component samen met de ingevulde papieren worden teruggestuurd naar
Axonics voor analyse en afvoer.
• Het apparaat mag niet geautoclaveerd worden of worden blootgesteld aan ultrasone reinigingsapparaten,
zodat het door Axonics kan worden geanalyseerd.
• Componenten die niet naar Axonics worden teruggestuurd, moeten volgens de plaatselijke voorschriften
worden afgevoerd. Mogelijk besmette materialen moeten als biologisch gevaarlijk afval worden behandeld.
In sommige landen moet een door batterijen gevoed implanteerbaar apparaat verplicht worden geëxplanteerd.
Let op:
• Componenten die geëxplanteerd zijn of in contact zijn gekomen met lichaamsvloeistoffen, moeten met gepaste
voorzorgsmaatregelen voor biologisch gevaarlijk materiaal worden gehanteerd. Dergelijke componenten
mogen alleen naar Axonics worden teruggestuurd in de door Axonics geleverde verpakking.
• De TS kan bij blootstelling aan hoge temperaturen ontploffen. Daarom mag de TS niet verbrand worden en moet
de TS geëxplanteerd worden voordat de patiënt gecremeerd wordt.
• Implanteerbare apparaten mogen niet opnieuw worden gebruikt na blootstelling aan lichaamsweefsels of
-vloeistoffen. De steriliteit en functionaliteit van deze apparaten kan dan namelijk niet worden gewaarborgd.
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
De Axonics PNE-lead (afbeelding 1) heeft één gebied met cilindrische elektroden. Dit gebied moet naast een van de
sacrale zenuwwortels worden geïmplanteerd (meestal de derde sacrale zenuwwortel).
Ook zijn er korte stukken van de lead die dienen als merktekens. Deze merktekens geven de leaddiepte ten opzichte
van de korte en lange foraminale naald aan. Het proximale uiteinde van de lead heeft een pin voor het inbrengen van
de lead in de reguliere testkabel.
Merktekens
Connector
pin
Afbeelding 1 . Axonics PNE-lead
82
Elektrode