BIJLAGE
• De volgende spanningstoleranties moet in acht
worden genomen:
• T 12 ... T 34: ±10 %
• T 42 ... T 56: ±5 %
• Alle bewakingsinrichtingen buiten de "ontste-
kingsveilige bereiken" moeten via een schei-
dingsrelais voor explosies worden aangesloten.
Wij raden hiervoor het relais ER 143 aan.
Aansluiting "Temperatuurbewaking motor"
De motor moet zijn uitgerust met een 1-circuit
temperatuurbewaking (alleen begrenzing).
Optioneel kan de motor worden uitgerust met
een 2-circuit-temperatuurbewaking (regeling en
begrenzing).
LEVENSGEVAAR door verkeerde aansluiting!
Door oververhitting van de motor bestaat ex-
plosiegevaar! De temperatuurbewaking moet
zodanig worden aangesloten, dat bij het in
werking stellen een herinschakeling pas mo-
gelijk is wanneer een „ontgrendelingstoets"
met de hand wordt ingedrukt!
Bij een 2-circuit temperatuurbewaking kan via de
temperatuurregeling een automatische herin-
schakeling plaatsvinden. Hierbij moet de aanwij-
zing over de max. schakelfrequentie van 15/h met
een pauze van 3 minuten worden aangehouden.
• Bimetaalsensoren moeten via een evaluatierelais
worden aangesloten. Wij raden hiervoor het relais
„CM-MSS" aan. De drempelwaarde is hierbij al
vooraf ingesteld.
Aansluitwaarden: max. 250 V(AC), 2,5 A, cos φ = 1
• PTC-weerstanden (optioneel verkrijgbaar/con-
form DIN 44082) moeten via een evaluatierelais
worden aangesloten. Wij raden hiervoor het relais
„CM-MSS" aan. De drempelwaarde is hierbij al
vooraf ingesteld.
Bij het bereiken van de drempelwaarde moet een
uitschakeling plaatsvinden.
Aansluiting "bewaking van de afdichtingsruim-
te"
• De elektrode moet via een evaluatierelais wor-
den aangesloten! Wij raden hiervoor het relais
„ER 143" aan. De drempelwaarde bedraagt
30 kOhm.
• De aansluiting moet via een beveiligde stroom-
kring plaatsvinden!
De volgende aansluitwaarden moeten worden
gerespecteerd:
• Max. 30 Vrms (60 V piek)
• Max. 60 VDC
• Max. 0,5 mA
Aansluiting "Dichtheidsbewaking motorruimte
en klemmenkast"
De aansluiting vindt plaats zoals beschreven in
het hoofdstuk "Elektrische aansluiting".
Aansluiting "Bewaking lekkagekamer"
De lekkagekamer wordt bewaakt door een vlot-
terschakelaar. Deze is voorzien van een poten-
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-EMU FA+T-Motor
tiaalvrij verbreekcontact. Het schakelvermogen
staat in het betreffende aansluitschema.
De vlotterschakelaar moet via een evaluatie-
relais worden aangesloten! Wij raden hiervoor
het relais "CM-MSS" aan. De drempelwaarde is
hierbij al vooraf ingesteld. Bij het activeren van de
vlotterschakelaar moet een waarschuwing of een
uitschakeling volgen.
Aansluiting "Temperatuurbewaking motorlager"
Een bewaking van de motortemperatuur is door
de constructie slechts bij enkele motoren mo-
gelijk. De aansluiting vindt u op het afzonderlijke
gegevensblad!
Bedrijf aan de frequentieomvormer
• Continu bedrijf tot nominale frequentie (50 Hz
resp. 60 Hz), onder inachtneming van de mini-
male stroomsnelheid
• Extra maatregelen met betrekking tot EMC in
acht nemen (keuze van de frequentieomvor-
mer, gebruik van filters, enz.)
• Nooit de nominale stroom en het nominale
toerental van de motor overschrijden.
• Aansluiting van de temperatuurbewaking van
de motor (bimetaalschakelaar of PTC-weer-
stand) moet mogelijk zijn.
10.3.4. Ingebruikname
LEVENSGEVAAR door explosie!
Pompen zonder Ex-markering mogen niet
in Ex-zones worden gebruikt! Er bestaat le-
vensgevaar door explosie! Neem de volgende
punten voor het gebruik in Ex-zones in acht:
• De pomp moet voor het gebruik in Ex-zones
zijn toegelaten!
• De stroomkabel moet buiten de explosie-
gevaarlijke zone of in een behuizing die
met een ontstekingsbeveiliging conform
NEN EN 60079-0 uitgevoerd is, worden aange-
sloten!
• Schakelapparaten moeten buiten de explo-
siegevaarlijke zone of in een behuizing die
met een ontstekingsbeveiliging conform
NEN EN 60079-0 uitgevoerd is, worden ge-
installeerd! Bovendien moeten deze geschikt
zijn voor het bedrijf van pompen met Ex-cer-
tificering.
GEVAAR door explosie!
De behuizing van het hydraulisch systeem
moet tijdens het gebruik volledig zijn gevuld
(met transportmedium). Als de behuizing van
het hydraulisch systeem niet ondergedompeld
is en/of zich lucht in het hydraulische systeem
bevindt, kunnen vonken, bijv. door statische
oplading, leiden tot een explosie! Zorg voor
een gegarandeerde uitschakeling door een
droogloopbeveiliging.
Naast de informatie uit het hoofdstuk "Ingebruik-
name" moeten voor pompen met Ex-certificering
ook de volgende punten in acht worden geno-
men:
Nederlands
191