12
NL
Geachte klant, hartelijk dank dat u hebt gekozen voor een
product van Bauerfeind.
Elke dag werken wij aan de verbetering van de medische effectiviteit van onze
producten. Gelieve deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig te lezen en in acht te
nemen. Neem voor vragen contact op met uw arts of uw speciaalzaak.
Beoogd gebruik
CoxaTrain is een medisch hulpmiddel. Het is
een orthese
1
voor gewrichtsstabilisatie en
pijnvermindering in het heupgewricht voor
meer activiteit bij coxartrose.
Indicaties
• Coxartrose
(Kellgren-Lawrence-score 2 – 4)
• Musculaire disbalans van het lenden-bekken-
heupgebied
• Musculaire problemen na een
gewrichtsoperatie van de heupen
• Impingement van het heupgewricht
• Instabiliteit van het heupgewricht
(na TEP, na revisieoperatie)
• Gevoel van instabiliteit in de heup
• Versoepelen van de heupprothese, indien OP
niet mogelijk is
Gebruiksrisico's
Gelieve de instructies van deze gebruiksaan-
wijzing en de opmerkingen van het geschoolde
personeel heel nauwkeurig op te volgen.
Dit hulpmiddel is vooral werkzaam bij lichame-
lijke activiteit.
• Doe bij langere rustperioden uw orthese af.
• Na het voorschrijven van de CoxaTrain mag u
dit product uitsluitend gebruiken volgens de
indicatie en verdere instructies van medisch
geschoold personeel². Neem bij gelijktijdig
gebruik met andere producten contact op met
geschoold personeel of uw arts. Breng zelf
geen wijzigingen aan het product aan, anders
zal het mogelijk niet de verwachte ondersteu-
ning bieden of kan het schadelijk zijn voor
de gezondheid. In dit geval zijn garantie en
aansprakelijkheid uitgesloten.
• Voorkom contact met vet- en zuurhoudende
middelen, zalf of lotion.
• Alle van buiten op het lichaam aangebrachte
hulpmiddelen kunnen, indien ze te strak
zitten, lokaal drukverschijnselen veroorzaken.
Sporadisch kunnen bloedvaten of zenuwen
bekneld raken.
• Indien u tijdens het dragen van het
product negatieve veranderingen of een
verergering van de klachten vaststelt, stop
dan onmiddellijk het gebruik ervan en neem
contact op met uw arts.
Contra-indicaties
Er is tot nu toe niets noemenswaardig bekend
over bijwerkingen.
Bij de volgende ziektebeelden is het raadzaam
vóór het gebruik van het hulpmiddel eerst
overleg te plegen met uw arts:
• Huidaandoeningen / -verwondingen van
het te behandelen lichaamsdeel, vooral bij
ontstekingen. Tevens bij verdikte littekens
die gezwollen zijn, er rood uitzien en warm
aanvoelen
• Gevoels-, doorbloedings- en bewegingsstoor-
nissen rond de heupen en de benen
• Lymfeafvoerstoornissen – ook onduidelijke
zwellingen van weke delen elders dan op de
plek van het hulpmiddel
Onderdelen
A – Heupschaal met scharnier
B – Bekkenbandage
C – Gluteaal pelotte
D – Trochanter kussentjes vlak
E – Trochanter kussentjes hoog met gat
F – Trochanter pelotte (achterzijde wit)
G – Trochanter pelotte (achterzijde zwart)
H – Gewrichtsbescherming van textiel
I – Bovenbeenbreiwerk
J – Afdekkap
K – 2 × begrenzingspennen
(optioneel verkrijgbaar)
L – Pelotten sacro-iliacaal gewricht
Gebruiksinstructies
Maatbepaling (uitsluitend door geschoold
personeel)
• De orthese wordt, na het opmeten van de
patiënt, door geschoold personeel gekozen en
aangepast. De juiste maat vindt u afhankelijk
van de meetwaarden in de maattabel op de
verpakking.
• Voor de bepaling van de juiste maatkeuze
hebt u de omvang van het bekken nodig.
• Met de omvang van het bovenbeen, die wordt
gemeten op het midden van het bovenbeen,
kunt u de maat van de bovenbeenbandage
bepalen. Hiervoor is bovendien de vermelding
van de te verzorgen zijde (linker- of rechter-
been) nodig.
• Voor de keuze van het scharnier (short /
long) hebt u de lichaamslengte van de patiënt
nodig.
s = short < 1,70 m lichaamsgrootte
l = long > 1,70 m lichaamsgrootte
In afzonderlijke gevallen is het mogelijk
dat er in plaats van een gemeten maat
"short" een "long" scharnier beter past of
omgekeerd.
Aanpassen van de CoxaTrain (uitsluitend door
geschoold personeel)
• Schuif daarna de heupschaal met scharnier
volgens de te verzorgen zijde in de
A
daarvoor voorziene vastgemaakte zak aan
de bekkenbandage
. Hierbij moet het
B
Bauerfeind-logo "B" op de heupschaal naar
buiten (van het lichaam af) wijzen
.
1
• Maak de blauwe gluteaal pelotte
(die bij
C
de levering rechts met klittenband is vastge-
maakt) op het voorziene klittenbandgedeelte
van de respectievelijke zijde vast (binnenzijde
van de bekkenbandage)
.
2
• Maak dan op de binnenzijde van het scharnier
met klittenband het ovale trochanter
kussentje
dwars vast op de driehoekige
D
klittenbandpunten.
Voor de plaatselijke drukontlasting van
de trochanter major kan ook het tweede,
geperforeerde ovale kussentje
op deze
E
plaats worden vastgemaakt
.
3
• Hierna maakt u de trochanter pelotte
(
niervormig, grijs, achterzijde wit) met
F
klittenband aan het scharnier vast boven
het trochanter kussentje, hierbij moet het
scharnier 90° gebogen zijn
; de tweede
4
bijgevoegde trochanter pelotte (
grijs,
G
niervormig, achterzijde zwart) kan indien
nodig onder de pelotte
met klittenband
F
worden vastgemaakt om een hoger massage-
effect te verkrijgen of de werking van de
pelotte te verhogen.
• Breng nu de bekkenbandage met het gemon-
teerde scharnier bij de patiënt aan.
Let hierbij op dat de bovenkant van de bek-
ken bandage aansluit op de bovenkant van de
bekkenrand
.
5
• Voor het geval dat het scharnier een beetje
afbuigt, kunt u deze in het gebied van de
buigzone
met de hand aan de anatomi-
6
sche vorm van het bovenbeen aanpassen of
met behulp van de tafelrand maximaal 3 ×
verbuigen
.
7
• Om het product te completteren moet u de
bandage daarna weer af doen.
• Dan trekt u de stoffen scharnierbescherming
over de onderkant van het scharnier
H
eventueel kunt u deze inkorten met een
schaar.
• Zo schuift u de onderkant van het
scharnier in de opening van het breiwerk
van het bovenbeen
. Hierbij houdt u de
I
vergrendelknop ingedrukt en laat deze in een
van de zes mogelijke posities (afhankelijk van
de beenlengte) vastklikken
.
9
TIP: Markeer het getal, zodat de patiënt na
demontage en montage bij de reiniging het
juiste vastklikpunt terugvindt.
• Plaats de pelotte van het sacro-iliacaal
gewricht
(ISG-pelotte) zo langs het
L
klittenbandgedeelte (verticaal), dat de
uitsparing (gat) op het achterste bovenste
darmbeendoorn (SIPS) zit.
• Naargelang de indicatie / voorschrift van de
arts kan het buigen / strekken in het heupge-
wricht (60°, 75°, 90°) worden beperkt met de
optioneel verkrijgbare begrenzingspennen
.
K 10
• Hiervoor plaatst u de begrenzingspen(nen) in
de overeenkomstige gaten (60°, 75°, 90°)
• Daarna klikt u de afdekkap
op het
J
gewricht
.
12
• Controleer de pasvorm van de gevormde
orthese bij de patiënt en oefen hiermee voor
een spiegel het aan- en uitdoen van het
orthopedische hulpmiddel.
• Indien de SI-pelotten
de bekkenbandage
L
hinderen, kunt u deze met klittenband
losmaken.
TIP: Let erop dat de klittenbandgedeelten niet
in contact komen met het breiwerk. Zo vermijdt
u beschadigingen aan het materiaal van de
CoxaTrain.
Aantrekken van de CoxaTrain (patiënt)
• Plaats de orthese op het bekken zodat de bo-
venste rand van het breiwerk zo ver mogelijk
tot aan de bovenste rand van de bekkenrand
komt. De heupschaal met scharnier
bevindt zich dan aan de zijkant in het midden
van het bovenbeen
.
1
• Schuif nu uw hand in de hiervoor bedoelde
handgreep op de sluiting en trek de sluiting
gelijkmatig naar voren
.
2
• Druk nu de linkersluiting op uw buik en leg de
rechtersluiting zo ver over de linker heen tot
u deze kunt vastklitten. Haal bij het vastklitten
eerst uw hand uit de linkerhandgreep en dan
uit de rechterhandgreep
.
3
• Neem nu de twee klittenbanden in uw handen
en trek ze tegelijkertijd en gelijkmatig naar
voren tot de gewenste druk (stabilisering bij
het bekken) is opgebouwd
.
4
• Daarna klit u de twee klittenbanden vast op
de grote buiksluiting
.
5
• Breng het bovenbeenbreiwerk
zonder plooien om het bovenbeen
en sluit de klittenbandsluiting zodat deze
vlak tegen het bovenbeen aan ligt
het aantrekken te vereenvoudigen, kunt u de
beenbandage ook omdoen terwijl u zit
,
8
Uittrekken van de CoxaTrain (patiënt)
• Maak de klittenbandsluiting van het boven-
beenbreiwerk los
.
7
• Daarna opent u de klittenbanden van de bek-
kenbandage
en klit deze losjes op de
B 5
klittenbandgedeelten vast. Nu kan de sluiting
van het bekkenframe worden geopend
Houd hierbij de CoxaTrain vast aan de zijde
waar de heupschaal met scharnier zich
bevindt
.
8
TIP: Voor een eenvoudiger gebruik en om
beschadigingen aan het materiaal van de
CoxaTrain te vermijden, maakt u de geopende
klittenbandsluitingen altijd direct op het velours
van de orthese vast.
Wasvoorschrift (patiënt)
• Schrijf daarna op aan welke plaats de
vergrendelknop op het beenbreiwerk is
vastgeklikt. Er zijn zes mogelijke posities
(afhankelijk van de beenlengte)
Bij het instellen van de orthese moet er een
.
markering zijn geplaatst voor een betere
11
oriëntering.
• Verwijder het bovenbeenbreiwerk van het
scharnier door de vergrendelknop diep in te
drukken en daarbij het bovenbeenbreiwerk
van het scharnier los te halen
• Was de orthese, pelotten en de kussentjes bij
30 °C met de hand met een mild wasmiddel.
• De heupschaal met aluminium onderdelen
kan met een zachte doek en een mild
reinigingsmiddel worden schoongemaakt.
• Laat de orthese daarna aan de lucht drogen.
13
A
strak en
I
aan
6a
. Om
7
.
6b
.
3
.
9
.
10a