Codman MedStream Manual Del Usuario página 88

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 120
D. De intraspinale katheter aansluiten
Ga bij het bevestigen van een CODMAN intraspinale katheter aan de MedStream
pompkatheter te werk volgens de stappen in deze paragraaf. Volg de bij
de katheter geleverde aanwijzingen als u de CODMAN intraspinale katheter
rechtstreeks op de uitvoerpoort van de MedStream aansluit, zonder gebruik
te maken van de pompkatheter.
Ga te werk volgens de gebruiksaanwijzing van de katheter indien u de SureStream
intraspinale katheter gebruikt met de daarbij behorende speciaal ontworpen
connector.
1.
Implanteer de intraspinale katheter in de wervelkolom overeenkomstig de bij
de katheter verpakte gebruiksaanwijzing. Voer de katheter subcutaan naar
de implantatieholte.
2.
Snijd de pompkatheter en de intraspinale katheter zo nodig bij. Laat vóór het
bijsnijden een extra stuk katheterlengte vrij om bewegingsvrijheid voor de
patiënt te waarborgen.
LET OP: noteer de lengte van de afgeknipte stukken van de pompkatheter
en intraspinale katheter. Deze gegevens hebt u later in de procedure nodig
voor het programmeren van de pomp.
3.
Plaats de overschietende lengte van de pompkatheter in een losse lus onder
de pomp.
4.
Schuif het witgeringde uiteinde (het uiteinde met de kleinste diameter) van de
ontlastingshuls ongeveer 4 cm over de intraspinale katheter.
5.
Steek de katheterconnector in het uiteinde van de intraspinale katheter en in
het uiteinde van de pompkatheter. De uiteinden van de katheter moeten beide
de middenfase van de connector raken.
6.
Schuif de ontlastingshuls over de verbinding van de katheters totdat de huls
aan de onderkant uit de connectorfase steekt.
7.
Bind ligaturen van nr. 0 zijden hechtdraad in de hechtdraadgroeven van de
huls om de hulzen aan de katheters te bevestigen.
88
POSTOPERATIEVE PROCEDURES
A. De pomp programmeren
LET OP: houd er rekening mee dat de pomp pas begint met de afgifte
van geneesmiddeloplossing, nadat u met de control unit de pomp
hebt geïnitialiseerd en de behandeling voor de patiënt in de pomp
hebt geprogrammeerd.
Volg voor het invoeren van de patiëntgegevens, kathetergegevens en
geneesmiddelgegevens in het geheugen van de pomp de aanwijzingen in
de MedStream programmeringshandleiding. Programmeer vervolgens het
geneesmiddeltoedieningsprofiel. Optioneel: programmeer een bridgebolus om de
katheter(s) met geneesmiddel te vullen en start de infusietherapie onmiddellijk.
Volg voor het uitvoeren van therapieonderhoud, zoals wijziging van het
geneesmiddeltoedieningsprogramma, de instructies in de MedStream
programmeringshandleiding.
B. Patiëntidentificatie
Patiëntenidentificatiekaarten bevinden zich bij de pomp. Selecteer de gewenste
taalkaart voor uw patiënt en vul de informatie in op de achterzijde van de kaart.
Instrueer de patiënt deze kaart te allen tijde bij zich te dragen.
C. Afspraak voor eerste navulling
Nadat u het geneesmiddeltoedieningsprogramma hebt geprogrammeerd, berekent
de pomp de navuldatum. Deze informatie kan worden teruggehaald door de pomp
met de control unit opnieuw uit te lezen. Hierbij wordt een samenvatting afgebeeld,
met inbegrip van de navuldatum. Plan de afspraak voor het navullen op enkele
dagen vóór de navuldatum.
Ga bij het navullen van het reservoir te werk volgens de MedStream
programmeringshandleiding en gebruik een MedStream navulset.
loading

Este manual también es adecuado para:

91-420091-4201