299
•
Met de draaischakelaar Mode (13) de stimulatiemodus
selecteren. Gelijktijdig wordt het apparaat hiermee inge-
schakeld.
•
Na succesvol voltooien van de interne zelftests knipperen
de LED's op het bedienveld gelijktijdig twee keer.
•
Als de LED Low battery (3) knippert, moet de batterij wor-
den vervangen (batterijvervanging zie pagina 299).
•
Elektroden aansluiten, de gele LED Pace (4) knippert syn-
chroon met de stimulatie-impuls.
•
Gevoeligheid met de draairegelaar Sens. (7) zodanig
instellen dat de groene LED Sense (5) synchroon met elk
waargenomen event knippert.
•
Er moet voor voldoende veiligheidsmarge worden
gezorgd om een betrouwbare sensing te garanderen.
•
Het ECG van de patiënt bewaken en eventueel amplitude
en gevoeligheid aanpassen.
Attentie!
Tijdens gebruik van Reocor S moet de hartfrequentie van de
patiënt met een ECG-monitor met alarmfunctie worden
bewaakt.
Bevestiging
Reocor S ofwel liggend op een horizontale, slipbestendige
ondergrond of met de armmanchet aan de patiënt gefixeerd
of met het ophangoog aan de apparaatachterzijde aan een
infusiestandaard gebruiken.
Om Reocor S aan een infusiestandaard te kunnen bevestigen,
draait u de ophangoog aan de apparaatachterzijde eruit. Zo
garandeert u veilig gebruik en ontlast u de patiëntenkabel.
Batterijvervanging
Als de LED Low battery (3) begint te knipperen, is de batterij
bijna leeg. Bij gebruik van het batterijtype MN 1604 Duracell
Procell
moet de batterij zo snel mogelijk worden vervangen.
Reocor S moet met een 9-V-batterij, internationale code IEC
6LR61, worden gebruikt. Er mogen alleen lekdichte alkaline-
batterijen worden gebruikt. Bij gebruik van het batterijtype
MN 1604 Duracell
stimulatie gedurende minstens 600 uur mogelijk, voordat een
batterijvervanging is vereist.
Een batterijvervanging tijdens bedrijf is mogelijk. Met verwij-
derde batterij blijft Reocor S bij een omgevingstemperatuur
van 20 ±2 °C nog ca. 30 s gebruiksklaar.
®
verblijven nog ongeveer 36 uur bedrijfstijd. Toch
®
Procell
®
is bij 20 ±2 °C een extreme
®