Stahlwille Manoskop 730D Serie Instrucciones De Servicio página 221

NL
Functiemodus instellen
U kunt de functiemodus "Klikkend" of "Aanwijzend"
instellen.

Druk steeds weer op de F-toets totdat het symbool
"Click" wordt weergegeven.
"On" of "OFF" knippert.

Kies met de pijltoetsen de gewenste functiemodus.

Kies "On" om de functiemodus "Klikkend" in te
stellen

U herkent de functiemodus "Klikkend" aan het
symbool "Click" op het display.

Kies "OFF" om de functiemodus "Aanwijzend" in te
stellen.
Het symbool "Click" wordt niet weergegeven.

Sla de instelling op zoals op pagina 13
beschreven staat.
Schroeftolerantie instellen
Met deze functie kunt u een bovenste en een onderste
tolerantiewaarde voor de ingestelde momentwaarde
instellen.

Druk steeds weer op de F-toets totdat het symbool
"Tol±" wordt weergegeven.
"On" of "OFF" knippert.

Voor het werken zonder schroeftolerantie kiest u
met de pijltoetsen "OFF".

Voor het werken met schroeftolerantie kiest u met
de pijltoetsen "On".

Druk op de F-toets.

Stel met behulp van de pijltoetsen de gewenste
onderste tolerantiewaarde in.

De onderste tolerantiewaarde wordt
gekenmerkt door een minteken.

Druk op de F-toets.

Stel met behulp van de pijltoetsen de gewenste
bovenste tolerantiewaarde in.

U herkent een ingestelde schroeftolerantie aan
het symbool "Tol±" op het display.

Sla de instelling op zoals op pagina 13
beschreven staat.
14
Waarden opslaan
Met deze functie bepaalt u of schroefgegevens wel of
niet worden opgeslagen. In de functiemodus
"Klikkend" gebeurt dit automatisch. Druk in de
functiemodus "Aanwijzend" tweemaal op de OK-toets.
Wanneer u de opgeslagen gegevens aan de huidige
tijd wilt toewijzen, actualiseert u de sleuteltijd met de
documentatiesoftware.
Wanneer u de functie "Waarden opslaan" inschakelt,
kunt u ook schroefsituatienummers toewijzen.

Druk steeds weer op de F-toets totdat het symbool
"Diskette" wordt weergegeven.
"On" of "OFF" knippert.

Voor het opslaan van de schroefgegevens kiest u
met de pijltoetsen "On".

Aan het symbool "Diskette" op het display
herkent u of de schroefgegevens worden
opgeslagen.

Wanneer u de schroefgegevens niet wilt opslaan,
kiest u met de pijltoetsen "OFF".
Het symbool "Diskette" wordt niet weergegeven.

Sla de instelling op zoals op pagina 13
beschreven staat.
Om de schroefsituaties bij de evaluatie met de PC te
kunnen toewijzen, kunt u ook schroefsituatienummers
opslaan.

Voor het aanmaken van
schroefsituatienummers moet de functie
"Waarden opslaan" ingeschakeld zijn.

Druk steeds weer op de F-toets totdat het
viercijferige schroefsituatienummer wordt
weergegeven.

Druk op de toets "OK" om het
schroefsituatienummer te bevestigen.

Druk op de F-toets om een nieuw
schroefsituatienummer toe te wijzen.
Het eerste cijfer van het viercijferige
schroefsituatienummer knippert.

Kies met de pijltoetsen het eerste cijfer.

Druk op de F-toets.