11 Instellingen
Afdrukken van etiketten
In het menu Instellingen > Afdrukken van etiketten kunt u de etikettenprinter configureren en vooraf instel-
lingen uitvoeren.
De aansluiting van de etikettenprinter is via USB of via een koppeling in een lokaal netwerk (LAN) mogelijk. Als meerde-
re apparaten gebruik maken van dezelfde printer, moet deze via een lokaal netwerk (LAN) worden aangesloten.
1.
Druk op de knop met de pijl om wijzigingen uit te voeren.
2.
Activeer of deactiveer de gewenste instelling door aanvinken of
uitschakelen.
Ê
Voor de optie Automatisch opent een dialoogvenster om te
bepalen voor welke programma's het automatisch afdrukken
van etiketten moet worden uitgevoerd.
3.
Bevestig de wijzigingen met OK.
Druk op OPSLAAN om de wijzigingen over te nemen.
4.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Optie
Gedeactiveerd
Handmatig
Automatisch (direct na
afwerken van het
programma)
TIP
De bij het afdrukken van de etiketten als laatste ingestelde opslagduur wordt voor ieder programma
individueel als instelling vooraf overgenomen als weer nieuwe etiketten worden afgedrukt.
Zie daarvoor ook:
▪
Etikettenprinter als uitgiftemedium
46
Beschrijving
Geen etiketten afdrukken
Etiketten handmatig afdrukken
Etiketten voor de vastgelegde programma's
automatisch aan het einde van de vastgelegde
programma's afdrukken
[} pagina 39]