Primus OMNIFUEL Instrucciones De Uso página 12

geschroefd. Als u te hard draait kan de wartel-
verbinding beschadigd worden.
6.6
Draai de poten (pannensteunen) (12) in positie in het wind-
scherm (11).
6.7
Pomp ca. 20 slagen, of meer als het brandstofniveau
onder de streep in de brandstoffles staat.
6.8
Plaats de brandstoffles op een vlakke en stevige onder-
grond met de tekst "ON" op de brandstofpomp omhoog
gericht.
6.9
Het toestel moet altijd op een stabiele ondergrond staan.
Zie er altijd op toe dat de slang van het kook-
toestel af is gericht en niet in aanraking komt
met de vlam of de hete uitlaatgassen. Voorkom
dat de slang verdraaid wordt of wordt blootgesteld aan
slijtage.De brandstoffles moet buiten bereik van de kook-
warmte staan.
6.10
Open eerst de afsluitklep (2). Open daarna de regelknop
(5) door hem een halve slag tegen de klok in te draaien
en laat de brandstof ca. 2 seconden uit het afsluitventiel
spuiten voordat u de knop weer dichtdraait. Als petroleum
of diesel wordt gebruikt en bij koud weer of harde wind, is
meer brandstof vereist voor de voorverwarming. Laat de
brandstof dan 4-6 seconden ontsnappen.
6.11
Controleer of het toestel lekt aan de afsluitklep, de regel-
knop, de brandstofpomp, het afsluitventiel, de brandstof-
leiding of de slang. BIJ LEKKAGE HET TOESTEL
NIET GEBRUIKEN!
6.12
Ontsteek het voorverwarmingskussentje. HOUD UW
HOOFD EN ANDERE LICHAAMSDELEN NIET
BOVEN HET TOESTEL
Het voorverwarmingskussentje zal nu ca. 40
seconden branden als industriebenzine/white
gas wordt gebruikt, langer bij gebruik van pe-
troleum en diesel of als de omgevingstempe-
ratuur te laag is. Wanneer de brandstof in het
voorverwarmingskussentje bijna op is, maar
voordat de vlam geheel is gedoofd, draait u de
regelknop (5) langzaam open (tegen de klok in
draaien). Als het toestel met gele en flakke-
rende vlam brandt, is de voorverwarmingstijd
te kort. Draai de regelknop (5) een beetje lager
tot de vlam blauw en stabiel is en laat het toe-
stel een poosje op een laag pitje branden om
te worden voorverwarmd. Als het desondanks
niet mogelijk is om het kooktoestel met volle
kracht te laten branden, dan zit er niets anders
op dan het kooktoestel uit te zetten en af te
laten koelen en de voorverwarmingsprocedure
te herhalen met een langere tijd en meer voor-
verwarmingsbrandstof. Denk er ook aan dat het
kooktoestel tijdens de voorverwarmingsproce-
dure uit de wind moet staan.
6.13
Het toestel mag alleen rechtopstaand worden gebruikt.
Verplaats nooit een brandend toestel. De vlam kan flak-
keren voordat het toestel warm genoeg is of als het te
abrupt wordt verplaatst.
6.14
Zorg voor voldoende afstand tot brandbare materialen.
De afstand tot het plafond/dak dient minstens 1250 mm
te zijn en tot de wand minstens 1000 mm. ANDERS kan
brand uitbreken!
6.15
Uitzetten van het toestel en aftappen van het brand-
stofsysteem. Draai de brandstoffles 180º zodat de tekst
"OFF" op de brandstofpomp omhoog is gericht. Als de
vlam is gedoofd en er alleen nog lucht uit het afsluitventiel
komt, sluit u de afsluitklep (2) (door de knop volledig met
de klok mee te draaien).
Opmerking: Deze procedure neemt ca. 1 minuut in
beslag. Nadat het kooktoestel is gedoofd, draait u de re-
gelknop (5) ook dicht. Laat het toestel afkoelen voordat u
het uiteenneemt.
6.16
Gebruik een warm toestel NIET opnieuw. Warme delen
van het toestel kunnen de vloeibare brandstof doen ver-
dampen en bij het ontsteken kan een steekvlam ontstaan.
7.
ONDERHOUD
7.1
Bij gebruik van vloeibare brandstoffen dient het afsluitven-
tiel regelmatig te worden gereinigd om een optimale en
probleemloze werking te verzekeren. Indien het toestel ge-
durende een langere periode wordt gebruikt met vloeibare
brandstof of met slechte brandstof moet de regelspil (30)
worden gereinigd.
7.2
Reiniging van het afsluitventiel.
Sluit de afsluitklep (2).en de regelknop (5) en draai de gas-
cassette (3) of brandstoffles (20) los.
7.3
Het afsluitventiel (10) kan op het kooktoestel worden ge-
reinigd of nadat het is
verwijderd.
7.4
Reinig het afsluitventiel met behulp van van de bij het toe-
stel geleverde reinigingsnaald (26).
7.5
Plaats het afsluitventiel weer terug en draai het stevig vast
om een goede afdichting te waarborgen. Voor extra vei-
ligheid, gebruik Primus-gastanks en controleer de naden
met zeepsop. De afdichting is onvoldoende als er belletjes
ontstaan.
7.6
Reiniging van de regelspil
Draai de contramoer (31) los met het multifunctionele
gereedschap. Draai de spil los. Reinig voorzichtig, bijvoor-
beeld met uw nagel, de drie sleuven die langs de spits van
de spil lopen. Let op dat de draad van de spil niet wordt
beschadigd. Vergewis u ervan dat de O-ring van de spil
intact is en controleer de afdichting na het terugplaatsen
van de spil.Voor extra veiligheid, gebruik Primus-gastanks
en controleer de naden met zeepsop. De afdichting is
onvoldoende als er belletjes ontstaan.
7.7
Brandstofpomp
Als de pomp geen druk opbouwt in de brandstoffles,
zet dan het leertje (28) strak en smeer de pakking in met
Primus-lederolie (of met speeksel of olie op mineraalbasis).
Draai de pompstang los en verwijder hem. Smeer de
lederen pakking in met olie tot hij zacht en soepel is. Als
de pomp er nog steeds niet in slaagt om de brandstoffles
onder druk te zetten, dient de lederen pakking te worden
vervangen. Ga verder met punt 7.8.
7.8
Als de pomp de druk in de fles niet op peil kan houden,
reinig en controleer dan de terugslagklep (29). Demonteer
de terugslagklep en vergewis u ervan dat de O-ring
schoon is. Plaats de terugslagklep weer terug.
7.9
Inspectie en onderhoud
Zorg er altijd voor dat de afdichtingen en O-ringen correct
zijn geplaatst en in goede staat verkeren. Controleer dit
telkens als u het toestel in elkaar zet. Vervang de O-ring
als hij beschadigd of versleten is. Nieuwe O-ringen zijn te
koop bij uw plaatselijke Primusdealer.
7.10
Het multifunctionele gereedschap
Wordt gebruikt voor het demonteren/monteren van het
afsluitventiel (10), de borgmoer (31), de slangbevestiging
(32), de schroef in de bodem (33) en de vergrendeling van
het voorverwarmingskussentje (34). Zie de fig. (5)
8.
ADVIEZEN EN OPSPOREN VAN STORINGEN
Primusgas in wegwerpcassettes (mengsel van propaan/butaan)
is de ideale brandstof voor het OmniFuel-kooktoestel.
Het is eenvoudig in het gebruik, effectief, schoon (geen
roetaanslag), vergt geen voorverwarming en is vrijwel
onderhoudsvrij.
Hoogwaardige industriebenzine of PRIMUS PowerFuel, MSR®
White Gas/Coleman® Fuel heeft een schone verbranding
(hoewel niet zo schoon als gas uit wegwerpcassettes)
en laat hoegenaamd geen aanslag achter in het brand-
stofsysteem.
Het kooktoestel is voorzien van een brandstoffilter op de plastic
slang van de pomp (35). Normaal gesproken vereisen
deze filters geen aandacht. De filters kunnen echter zo
nodig worden vervangen. Wees voorzichtig met de af-
dichtingsvlakken. Controleer op lekkage aan de hand van
punt 4.5.
Hieronder volgt belangrijke informatie over het vermogen van het
toestel bij gebruik van gascassettes en adviezen voor het
opvoeren (behouden) van het vermogen.
Factoren die van invloed zijn op het vermogen:
• De hoeveelheid gas in de cassette
• De temperatuur van de omgevingslucht
• De starttemperatuur van het gas
Tips voor het opvoeren van het vermogen bij koud
weer
• Voorverwarm de gascassette door hem in 2,5 cm diep bad met
warm water te plaatsen.
• Voorverwarm de gascassette met uw handen of onder uw jas
of jack voordat u hem
aansluit op het toestel.
Mogelijke redenen voor verminderd vermogen
• Te lage druk in de fles voor vloeibaar brandstof
• Verkeerd afsluitventiel geplaatst
• Afsluitventiel of afsluitventielfilter verstopt
• Sleuven in de spil verstopt (zie punt 7.5)
• Brandstoffilters zijn verstopt
• Het toestel is niet beschermd tegen wind, enz.
Mogelijke redenen voor flakkerende en gele vlam
• Onvoldoende voorverwarming.
• Verkeerd afsluitventiel.
• Het toestel is niet beschermd tegen wind, enz. Gebruik de
Primus Windscreen & Heatreflector of plaats het kooktoe-
stel op een beschermde plaats.
• Te hoge druk in brandstoffles door te veel pompen. Verminder
het vermogen met de regelknop.
• Er is oude brandstof of brandstof van een slechte kwaliteit
gebruikt.
9.
SERVICE EN REPARATIE
9.1
Als u eventuele fouten niet met behulp van deze aanwijzin-
gen kunt verhelpen, dan dient u het toestel in te leveren bij
uw plaatselijke Primusdealer.
9.2
Probeer nooit andere onderhouds- of reparatiewerkzaam-
heden te verrichten dan de werkzaamheden die in deze
aanwijzingen worden beschreven.
9.3
Breng nooit zelf wijzigingen aan aan het toestel, aangezien
dit gevaar kan opleveren bij het gebruik.
9.4
Het kooktoestel is goedgekeurd met de in de fabriek
gemonteerde slang, die UITSLUITEND vervangen mag
worden door een originele reserveslang
10.
RESERVEONDERDELEN EN ACCESSOIRES
10.1
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en acces-
soires van Primus. Wees voorzichtig bij het monteren van
reserveonderdelen en accessoires en raak hete onderde-
len niet aan.
10.2
Ruilgasflessen: Gebruik voor dit toestel alleen Primus
2202, 2206- of 2207-gastankjes met een gasmengsel van
propaan/butaan/isobutaan.
Brandstofflessen: Gebruik voor dit toestel alleen de
Primus-brandstofflessen 734120, 721950, 721960 en
732530.
10.3
Reserveonderdelen zijn beschikbaar bij uw
Primusleverancier of bij de importeur.
10.4
Hebt u problemen met het vinden van passende reserve-
onderdelen of accessoires? Neem dan contact op met de
importeur in uw land (zie www.primusequipment.com).
3289 PRIMUS OmniFuel, Fornello
IT
ISTRUZIONI PER L'USO
IMPORTANTE: Leggere accuratamente le seguenti istruzioni
prima di collegare l'apparecchio alla cartuccia del gas
o alla bomboletta del combustibile, consultare periodi-
camente le istruzioni per essere sempre certi di usare
l'apparecchio nel modo migliore e più sicuro. Conservare
le istruzioni per ogni futura evenienza. Il mancato
rispetto delle istruzioni per l'uso può provo-
care incidenti con conseguenti lesioni anche
mortali.
Il fornello a gas Omnifuel consuma ossigeno e genera diossido
di carbonio; non va quindi usato in ambienti scarsamente
ventilati, al chiuso, in tenda o all'interno di un veicolo per
non correre gravi pericoli, anche mortali.
USARE SOLO ALL'APERTO
Non coprire MAI il fornello, la bombola del gas o il serbatoio
del combustibile con paraventi, pietre o altro materiale in
grado di provocare surriscaldamento, o di danneggiare
il fornello, oppure la bombola del gas o il serbatoio del
combustibile.
Il surriscaldamento dei contenitori del gas e del combustibile è
potenzialmente molto pericoloso.
COMBUSTIBILE E PRESTAZIONI
Ugello 45 (0,45mm)
• Per il fornello a gas OmniFuel, utilizzare preferibilmente una
bombola PRIMUS con miscela di gas propano/butano/
isobutano. È facile da usare, non richiede pre-riscalda-
mento, è efficace, pulito (niente fuliggine) e non richiede,
in pratica, alcun tipo di manutenzione.
Ugello 37 (0,37mm)
• Anche la benzina industriale di buona qualità oppure PRIMUS
PowerFuel, MSR ® White Gas /Coleman ® ha una com-
bustione piuttosto pulita che lascia pochissimo residuo.
• La benzina per auto senza piombo va usata solo in condizioni
eccezionali, dato che contiene additivi nocivi che la-
sciano maggiore quantità di residuo nel sistema.
• Per motivi sanitari si consiglia di non utilizzare mai benzina
con piombo.
Ugello 28 (0,28mm)
• Il kerosene è reperibile ovunque, ma brucia con maggiore
residuo, il preriscaldamento è più difficile e può richiedere
una pulizia periodica frequente.
• Si sconsiglia l'uso di nafta, ma essa può essere utilizzata qua-
lora non siano disponibili altri combustibili. La fiamma è
molto fumosa, il preriscaldamento è lungo e richiede una
pulizia periodica frequente.
1.
INTRODUZIONE
1.1
Per questo fornello a gas usare solo con bombole
PRIMUS art.no. 2202, 2006 e 2207 con miscela di
gas propano/butano/isobutano, oppure con serbatoio
PRIMUS per benzina industriale (PRIMUS PowerFuel,
MSR ® White Gas /Coleman ®), benzina senza piombo,
kerosene o altri combustibili simili.
1.2
L'uso di bombole o contenitori diversi da quelli previsti
può essere rischioso, provocando perdite in grado di
causare incidenti e lesioni anche mortali.
1.3
Consumo di gas: 180 g/h / 8.000 Btu/h / ca. 2.3 kW a1
bar di pressione
1.4
Dimensioni dell'ugello 0,45 mm, per cartuccia del gas
non ricaricabile Primus. Dimensioni dell'ugello 0,37
mm, per benzina industriale (PRIMUS PowerFuel, MSR
® White Gas /Coleman ®) e benzina senza piombo.
Dimensioni dell'ugello 0,28 mm, per kerosene e combu-
stibili analoghi.
1.5
Il fornello è conforme alle norme EN 521,
2011/B140.9.2-10
. Il marchio CE (EN 521) si riferisce al
solo uso del gas liquido.
1.6
Verificare che il tubo sia orientato in direzione
opposta al fornello e non venga in contatto
con fiamme o gas di scarico ad alta tempe-
ratura. Controllare che il tubo non sia attorcigliato o
schiacciato per evitare di logorarlo.
2.
NORME DI SICUREZZA (Fig. 1)
2.1
Controllare che le guarnizioni a tenuta stagna dell'ap-
parecchio e della pompa (1) siano integre e montate
correttamente, prima di collegare la cartuccia di gas o la
bombola di combustibile.
2.2
Il fornello è destinato al solo uso all'aperto. NON usare
e NON accendere il fornello in ambienti poco ventilati, al
chiuso, in una tenda, all'interno di un veicolo o in altro
ambiente simile per evitare pericoli anche letali.
2.3
Posizionare il fornello su di una superficie piana.
2.4
Controllare che non vi siano oggetti infiammabili nelle
vicinanze, secondo quanto indicato ai punti 4.86 e 6.8.6
2.5
Eseguire il montaggio o la sostituzione della cartuccia/
serbatoio all'aperto e in ambiente sicuro. Assicuratevi
che non vi siano fiamme libere, radiatori elettrici o altre
fonti di calore. Tenere a distanza di sicurezza da eventuali
altre persone presenti.
2.6
In caso di perdite dal fornello, odore di benzina, di gas
ecc., portarlo immediatamente lontano da fiamme libere
per verificare la perdita. Il controllo d'eventuali perdite
non va mai eseguito con fiamme libere, ma soltanto con
acqua saponata.
ANSI Z21.72-
loading

Este manual también es adecuado para:

3289P328989P328988