Reparaties
■
Schakel de motor uit en laat hem afkoelen,
voordat de tankdop wordt verwijderd.
■
Schakel de motor uit en ontkoppel de bougie-
kabel voordat u de machine of motor test, rei-
nigt of aan het werk gaat.
■
Voordat u de cilindervinnen en de afscher-
ming aanraakt, moet u wachten totdat de mo-
tor voldoende is afgekoeld.
■
Draai de motor niet zonder bougie door.
5.1
De motor starten en stoppen
OPMERKING Neem de gebruiksaanwij-
zing voor de gazontrekker in acht!
Let er bij het starten van de motor op, dat alle in-
richtingen voor de aandrijving van de gazontrek-
ker, de aandrijving van werktuigen (bijv. het
maaidek) en het uitschakelen van de motor zijn
gedeactiveerd.
■
De motor alleen starten in horizontale positie.
■
Bij lage temperaturen kunnen problemen op-
treden bij de koude start van de motor.
■
Bij hogere buitentemperaturen kunnen moei-
lijkheden optreden bij de warme start van de
motor, vanwege het verdampen van benzine
in de carburateur of de pomp.
■
In een dergelijk geval moet het olietype wor-
den aangepast aan de bedrijfstemperaturen.
■
Het maximale vermogen van een verbran-
dingsmotor neemt progressief af, naarmate
de motor op een grotere hoogte boven de
zeespiegel wordt gebruikt. Met het toenemen
van de hoogte moeten daarom zware belas-
tingen van de motor en zwaar werk worden
vermeden.
Regeling van het motortoerental
Het motortoerental wordt ingesteld met de ga-
shendel op de gazontrekker:
Toerental verhogen.
Toerental verlagen.
Koude start en warme start
Bij een koude start moet de choke worden inge-
schakeld, wanneer de motor warm is moet deze
weer worden uitgeschakeld. Bij een warme start
is het gebruik van de choke niet nodig.
De choke in- en uitschakelen.
493127_d
6 REPARATIES
WAARSCHUWING! Letselgevaar bij repa-
ratiewerkzaamheden. Ondeskundige reparaties
kunnen ernstig letsel en schade aan het apparaat
veroorzaken.
■
Reparatiewerkzaamheden alleen laten uit-
voeren in servicewerkplaatsen van AL-KO of
bij geautoriseerde montagebedrijven!
■
Er mogen uitsluitend originele reserveonder-
delen van AL-KO worden gebruikt.
7 ONDERHOUD EN VERZORGING
WAARSCHUWING! Risico op letsel. Het
onbedoeld inschakelen van de motor kan tot ern-
stig letsel leiden.
■
Voor aanvang van afstel-, onderhouds- en re-
paratiewerkzaamheden moet de motor altijd
worden uitgeschakeld en beveiligd tegen on-
bedoeld opnieuw inschakelen.
■
Regelmatig onderhoud is onontbeerlijk voor
de veiligheid en de instandhouding van de
functionaliteit.
■
Onderhoudsschema in acht nemen.
■
Bij gebruik onder zwaardere omstandigheden
moet vaker onderhoud worden verricht.
1. Vóór alle onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden: Trek de bougiedop (04/1) los
van de bougie (04/2) (04/a).
2. Voer de in dit hoofdstuk beschreven onder-
houds- en reinigingswerkzaamheden uit vol-
gens het onderhoudsschema.
3. Na de onderhouds- en reinigingswerkzaam-
heden: Steek de bougiedop (05/1) weer op
de bougie (05/2) (05/a).
7.1
Vervangen van het luchtfilter (03)
OPMERKING
■
Het filterelement moet steeds vrij worden ge-
houden van grasresten en vuil.
■
Vervang filterelementen uitsluitend door origi-
nele reservedelen.
■
De motor mag nooit worden gebruikt zonder
een correct gemonteerd filterelement.
Luchtfilter regelmatig reinigen. Een beschadigd
luchtfilter vervangen.
1. Gebied rond het filterdeksel (03/1) reinigen.
2. Beide knoppen (03/2) van het filterdeksel eraf
schroeven en filterdeksel verwijderen.
3. Trek het filterelement (03/3) uit het huis.
33