MTD 13BT793G678 Manual De Instrucciones página 60

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 84
NL
Hendel voor snelheidsstanden/ par-
keerrem voor apparaten met Transma-
tic-aandrijving
Afb. 14
Lage snelheid = hendel op „1".
Hoge snelheid = hendel op „6" of „7" (optioneel).
Snelheid verhogen = rijstanden zonder bediening
van koppeling- en rempedaal verstellen.
Snelheid verlagen = rijstanden met bediening van
koppeling- en rempedaal (half indrukken) verstellen .
De parkeerrem activeren: koppelings- en rempedaal
helemaal indrukken. Hendel voor snelheid op
duwen.
De parkeerrem losmaken: Druk het koppelings-
en rempedaal helemaal in en duw de hendel op
snelheidsstand.
Rijhendel voor apparaten met
hydrostaataandrijving (afhankelijk van
model)
Afb. 15
Met de rijhendel de snelheid traploos instellen en de
rijrichting veranderen:
Vooruit: Snel vooruit rijden = hendel op „F/
Maximale maaisnelheid = hendel op "
Stoppen: Voor het stoppen en veranderen van
richting = hendel op „N".
Achteruit: Achteruit rijden = hendel op„R/
Aanwijzing
- Hoe verder de hendel in de richting "R" of "F"
wordt gedrukt, des te sneller het apparaat rijdt.
- Na het bedienen en weer loslaten van het
rempedaal beweegt de rijhendel in de richting
van de stand "N" en wordt zo de startsnelheid
verminderd.
Rijpedaal voor apparaten met hy-
drostaataandrijving (afhankelijk van
model)/automatische aandrijving
Afb. 16
Met de rijhendel de snelheid traploos instellen en de
rijrichting veranderen:
Vooruit = duw het rijpedaal naar voren (in de rijrich-
ting
). Hoe verder naar voren, hoe sneller.
Stoppen (voor het stoppen van de machine en bij
het veranderen van rijrichting) = rijpedaal loslaten
(stand N).
Achteruit = duw het rijpedaal naar achter (tegen de
rijrichting
. Hoe verder naar achter, hoe sneller.
Aanwijzing
Is de parkeerrem ingeschakeld dan kan het
rijpedaal niet worden bediend.
60
Rijpedaal voor apparaten met Autodri-
ve-aandrijving (afhankelijk van model)
Afb. 17
Met het rijpedaal de snelheid traploos instellen:
De rijrichtinghendel in de stand F= vooruit/
R= achteruit/(
Duw het rijpedaal naar voren; hoe verder naar
voren, hoe sneller.
Transmissieontgrendeling voor
apparaten met automatische aandrijving
Afb. 18a
De hendel bevindt zich aan de linkerzijde van het
apparaat, tussen treeplank en achterwiel.
Duwen van de machine terwijl de motor is
uitgeschakeld:
Duw de hendel naar binnen, trek deze vervolgens
naar buiten en zwenk deze naar achteren. De
hendel is vóór de houder vastgeklikt.
"
Rijden:
/
".
Duw de hendel naar links en druk deze naar
binnen.
Transmissieontgrendeling voor
"
apparaten met hydrostaataandrijving
Apparaten met rijhendel
Afb. 18b
De hendel bevindt zich op de achterwand van het
apparaat.
Duwen van de machine terwijl de motor is
uitgeschakeld:
Trek de hendel eruit en duw deze naar rechts.
Rijden:
Duw de hendel naar links en druk deze naar
binnen.
Apparaten met rijpedaal
Afb. 18c
De hendel bevindt zich aan de linkerzijde van het
apparaat, tussen treeplank en achterwiel.
Duwen van de machine terwijl de motor is
uitgeschakeld:
Trek de hendel eruit en duw deze naar rechts.
Rijden:
Duw de hendel naar links en druk deze naar
binnen.
Bedienings- en indicatie-elementen
zetten.
Aanwijzing
Om te stoppen het rijpedaal loslaten (stand
N) en het koppelingsrempedaal bedienen.
) of
loading