SR/ABITIG GRIP
Het terugbuigen naar de beginstand geldt als een buigcyclus.
4.2
Lastoorts op montage van slangenpakket voorbereiden
1 Schakel de stroombron uit en koppel de netstekker los.
2 Sluit de gastoevoer.
4.3
Lastoorts uitrusten, afb. 1
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door scherp geslepen elektrode
De geslepen elektrode heeft een scherpe punt, die steekwonden kan veroorzaken.
► Houd uw handen weg van de elektrodepunt.
► Houd de elektrodepunt weg van het lichaam.
► Draag geschikte veiligheidshandschoenen.
1 Schroef de spantang en spantanghouder in de lastoorts.
In plaats van de spantang en spantanghouder kan ook een gaslens
worden gebruikt. Deze zorgt dankzij de constructie voor een laminaire
gasuitstroom.
4.4
Wolfraamelektrode inkorten
Het type elektrode is conform EN ISO 6848 vastgelegd. De elektrodelengte
is afhankelijk van het lastoortstype.
4.5
Wolfraamelektroden slijpen, afb. 3
De wolfraamelektrode kan zo nodig worden geslepen. Hoeveel de elektrode
kan worden bijgeslepen is afhankelijk van de slijtage worden geslepen.
► Voor het slijpen van de wolfraamelektrode moet een slijpapparaat met
de volgende eigenschappen worden gebruikt:
— Diamantschijf
4.6
Slangenpakket aansluiten
1 Sluit het slangenpakket aan op de stroombron en borg het geheel met de
aansluitmoer.
4.7
Koelmiddelslangen aansluiten
1 Sluit de koeltoevoer (blauw) en koelmiddeltoevoer (rood) aan.
2 Controleer het minimumkoelmiddelniveau.
► Aanbeveling: ABICOR BINZEL-koelmiddel uit de BTC-reeks gebruiken.
4.8
Koelmiddelcircuit ontluchten
1 Plaats een opvangbak onder de aansluiting van de koelmiddelafvoer
(rood).
2 Maak de koelmiddelafvoerslang van het koelapparaat los en houd deze
boven een opvangbak.
3 Sluit de opening van de koelmiddelafvoerslang af.
4.9
Beschermgas aansluiten en afstellen
De aard en hoeveelheid van het te gebruiken beschermgas hangen af van
de uit te voeren laswerkzaamheden en de geometrie van het gasmondstuk.
1 Kies beschermgas dat geschikt is voor de laswerkzaamheden.
2 Open en sluit het ventiel aan de gastoevoer snel achter elkaar om
eventuele verontreinigingen uit de aansluiting te blazen.
5
Gebruik
WAARSCHUWING
Verwondingsgevaar door elektromagnetische velden
Door het apparaat kunnen elektromagnetische velden ontstaan die de werking van pacemakers en geïmplementeerde defibrillatoren kunnen beïnvloeden.
► Gebruik het apparaat niet als u een pacemaker of geïmplementeerde defibrillator hebt.
► Gebruik het apparaat uitsluitend in industriële omgevingen in overeenstemming met DIN EN 61000-6-3.
5.1
Bedieningselementen handgreep
Met de standaardlastoorts is de tweetaktmodus van de knop mogelijk.
5.2
Lassen
1 Open de beschermgasfles.
3 Schakel het koelmiddelcircuit uit.
2 Schroef de lastoortskap met wolfraamelektrode in het toortslichaam.
3 Schroef het gasmondstuk vast.
Het lasgedrag wordt door de keuze van de wolfraamelektrode en de slijtage
beïnvloed. Een gladgeslepen wolfraamelektrode zonder groeven heeft een
positief effect op het lasresultaat.
— Centrisch slijpen richting de middenas
— Automatische aandrijfregeling van de wolfraamelektrode door
zwaartekracht
— Voor alle elektrodediameters instelbaar
— Traploze hoekinstelling
2 Sluit de aansluitingen voor de koelmiddeltoevoer/-afvoer, het
beschermgas en de stuurkabelstekker op de juiste wijze aan.
► Om schade aan het lasapparaat te voorkomen, mag geen
gedeïoniseerd of gedemineraliseerd water worden gebruikt.
► Ontlucht bij elke eerste inbedrijfstelling en na elke vervanging van het
slangenpakket het koelmiddelcircuit.
4 Open en sluit de opening van de koelmiddelafvoerslang meerdere malen
abrupt tot het koelmiddel ononderbroken en zonder luchtbellen in de
opvangbak stroomt.
5 Sluit de koelmiddelafvoerslang opnieuw op het koelapparaat aan.
3 Sluit de beschermgastoevoer volgens de gegevens van de fabrikant op
het lasapparaat aan.
4 Pas de hoeveelheid beschermgas aan het gebruikte gasmondstuk en de
laswerkzaamheden aan.
2 Schakel de lasstroombron in.
5 Gebruik
NL - 99