• Afhankelijk van het botbed kan het
aan te raden zijn te boren met een
boordiameter kleiner dan de diameter
van te gebruiken pen.
• U kunt beschadiging van zachte weefsels
of productbeschadiging voorkomen
door een geschikte voorbooreenheid te
gebruiken voor het inbrengen van pennen
door openingen '1' en '2' van de OrthoLock
verankering. Zie hoofdstuk 'Voor gebruik
met' en afbeelding
• Zorg dat er tijdens het plaatsen van de pen
geen dwarskrachten (bijvoorbeeld door
trillingen) op de pen worden uitgeoefend.
Als u zich hier niet aan houdt, kunnen
instabiliteit en beschadiging van de pen
het gevolg zijn.
• De OrthoLock verankering is geschikt voor
zowel monocorticale als bicorticale fixatie
van de pennen. Volg de instructies in deze
handleiding voor een juiste en veilige
plaatsing.
• Wanneer u de pennen parallel plaatst,
neemt de stabiliteit van de OrthoLock
verankering af. Dit kan nadelige gevolgen
hebben voor de nauwkeurigheid van de
navigatie.
Fixatie van OrthoLock
Dijbeen
WAARSCHUWING
• Tijdens bewegingen van het been
kunnen zachte weefsels worden belast,
bijvoorbeeld de spieren en ligamenten.
Ten gevolge hiervan kan de OrthoLock
verankering ten opzichte van het bot
worden verschoven. Kies een pen met
een diameter die overeenkomt met de
anatomie van de patiënt, plaats pennen
niet parallel aan elkaar en overweeg ter
fixatie drie pennen te gebruiken. Als u zich
hier niet aan houdt, kan de nauwkeurigheid
van de navigatie worden aangetast.
• Om de spierbelasting tot een minimum te
beperken, dient u de pennen te plaatsen
terwijl de knie gebogen is.
88
j
(C).
• Zorg voor bicorticale penfixatie met
minimaal 2 pennen. Voor fixatie moet de
pen de secundaire cortex aangrijpen (zie
afbeelding n). Breng de pen niet verder in
zodra de tweede cortex wordt doorboord
om beschadiging van zachte weefsels te
voorkomen.
Afbeelding o: Bicorticale penfixatie, waarbij
alleen de tweede cortex betrokken is
• Om het risico van stressfractuur zo veel
mogelijk te beperken, verdient de distale
femorale metafyse en de plaatsing van de
pen van lateraal naar mediaal bij femorale
fixatie van de OrthoLock verankering de
voorkeur.
Scheenbeen
WAARSCHUWING
• Zorg voor bicorticale penfixatie met
minimaal 2 pennen. Voor fixatie moet de
pen de secundaire cortex aangrijpen (zie
n
afbeelding
). Breng de pen niet verder in
zodra de tweede cortex wordt doorboord
om beschadiging van zachte weefsels te
voorkomen.
• Plaats de scheenbeenpennen distaal
ten opzichte van het tuberculum tibiae
om penetratie van de knieschijfpees te
voorkomen.
Bekken
WAARSCHUWING
• Zorg voor monocorticale penfixatie aan de
darmbeenkam met behulp van 3 pennen.
Plaats de derde centrale pen onder een
hoek ten opzichte van de andere twee
pennen.
www.stryker.com