ACS 500
6.
Programmabeschrijving
.1
Hoofdmenu
In het hoofdmenu zijn de volgende functies
beschikbaar:
Automaat (hfdst. 6.4)
Voertuigcode (hfdst. 6.5)
Handmatig (hfdst. 6.6)
Spoelen (hfdst. 6.7)
Interne fles vullen (zie hfdst. 6.8)
Resources
R134a-, olie- en UV-resources worden
weergegeven
Configuratie
$
Taalkeuze,
$
Datum/tijd instellen,
$
Systeeminformatie (softwareversie, da-
tum/tijd),
$
Werkplaatsadres invoeren,
$
Vastleggen van de standaardwaarden
voor koudemiddelolie en UV-contrast-
middel) en
$
Printer in- of uitgebouwd
Onderhoud (zie hfdst. 7)
Onderhoud (alleen voor klantenservice)
.2
Voorbereidingen voor airco-onderhoud
!
De ACS 500 is uitsluitend bedoeld voor kou-
demiddel van het type R134a. Controleer
vóór het plegen van airco-onderhoud in de
voertuigdocumenten, of dit koudemiddel in
de airco wordt toegepast.
!
Aan een voertuig-airco, die gerepareerd is
met een chemisch afdichtmiddel, mag met
de ACS 500 geen airco-onderhoud worden
uitgevoerd. De afdichtmiddelen kunnen de
ACS 500 en de voertuig-airco beschadigen. Bij
niet-inachtneming hiervan vervalt het recht op
garantie.
i
Voor ieder airco-onderhoud moeten de voer-
tuigspecifieke instructies van de voertuigfa-
brikant in acht genomen worden.
Voor aanvang van de onderhoudswerkzaam-
heden aan de voertuig-airco dienen de vol-
gende voorbereidingen getroffen te worden:
Robert Bosch GmbH
1.
ACS 500 in de buurt van de voertuig-airco
op een vlakke ondergrond plaatsen.
2.
ACS 500 met de handrem beveiligen tegen
wegrollen.
3.
Netleiding aansluiten.
4.
Afhankelijk van de airco van het voertuig de
overeenkomstige snelkoppelingen LP/HP
(afb. 1; pos. 7) aansluiten op de onder-
houdsaansluitingen van de airco.
5.
Afsluiters van de snelkoppelingen rechts-
om openen.
De actuele inwendige druk van de
voertuig-airco wordt weergegeven op
de lage- en hogedrukmanometer.
6.
De ACS 500 inschakelen met de hoofdscha-
kelaar.
7.
HP-afsluiter en/of LP-afsluiter openen.
i
Bij voertuigen met een lagedrukaansluiting
alleen de LP-afsluiter openen. Voordat met
het vullen van de airco via de lagedrukaan-
sluiting wordt begonnen, in het voertuig de
airco inschakelen, de temperatuur op maxi-
mum instellen en de ventilator op de hoogste
stand zetten.
.
Overzicht van de bedrijfsfasen
In de bedrijfsmodi automaat, voertuigcode en
handmatig kunnen de volgende fasen worden
uitgevoerd:
Terugwinnings-/recyclingfase
koudemiddel wordt uit het voertuig afge-
zogen en gereinigd.
Vacuümfase
in de voertuig-airco wordt een onderdruk
gegenereerd en vervolgens wordt de
dichtheid van de airco gecontroleerd.
Olie-inspuitfase
de voertuig-airco wordt gevuld met koude-
middelolie.
UV-inspuitfase
UV-contrastmiddel wordt ingespoten in
de voertuigairco.
Vulfase
de voertuig-airco wordt gevuld met een
vooraf bepaalde hoeveelheid koudemiddel.
nl 1
1 689 979 953 (2006-10-19)