Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
SP-900-Install.book Seite 115 Montag, 25. Januar 2010 4:53 16
CoolAir
5.3.3 Verdampereenheid monteren
De verdampereenheid wordt aan de verticale achterwand in de buurt van
de kooi in horizontale positie geïnstalleerd:
➤ De bekleding van de verdampereenheid verwijderen (zie afb. 6 op
➤ In de cabine een voor de bevestiging geschikte positie zoeken, waarin
➤ Aan de hand van de bijgevoegde sjabloon (opdruk op de doos) de
➤ De boringen voor de doorvoer van de verbindingsleiding en de
Bij een grotere afstand van de binnenbekleding tot de achterwand van de
vrachtwagen moet de boring (Ø 25 mm) voor de schuin aflopende condens-
waterleiding iets lager worden geboord dan aangegeven op de sjabloon. De
kleine boring (Ø 16 mm) wordt daardoor niet beïnvloed. Bij een afstand van
de binnenbekleding tot de achterwand van de vrachtwagen van ca. 30 mm
moet de boring (Ø 25 mm) met ca. 5 mm naar beneden worden geplaatst.
➤ Met een mes de binnenbekleiding rond de boring uitsnijden.
➤ De gemarkeerde punten met geschikte boren boren en bij grote
➤ De 6 binnenzeskant schroeven en de onderste zeskantschroef
➤ De behuizing iets terug trekken en de verbindingsstekker van de aan-
➤ De flexibele spatbescherming voor condenswater eruit trekken.
➤ De verbindingsleiding voorzichtig afwikkelen.
➤ Bij het aanbrengen van verdampereenheid de verbindingsleiding
➤ De schroeven M6 x 30 van buiten inzetten.
➤ De verdampereenheid, van binnen, met de borgmoeren M6 en de
➤ De flexibele spatbescherming inzetten.
➤ De aansluitkabel van het bedieningsveld met de verbindingsstekker in
➤ De behuizing van de verdampereenheid met de eerder uitgeschroefde
pagina 5).
een goede luchtverdeling mogelijk is.
positie van de verdampereenheid bepalen. De sjabloon op de gekozen
positie positioneren en de zes boringen (Ø 6,5 mm) voor de bevesti-
ging met een viltstift markeren.
condenswaterleiding (binnenbekleding: Ø 32 en achterwand van
vrachtwagen Ø 25 mm) markeren.
I
boringen, de meegeleverde kabeldoorvoeren gebruiken.
verwijderen van de behuizing van de verdampereenheid.
sluitkabel van het bedieningsveld losmaken (zie afb. 7 op pagina 5).
door de Ø 32 mm boring en de condenswaterleiding door de Ø 25 mm
boring leiden.
onderlegschijven M6 vastschroeven (zie afb. 8 op pagina 6).
de behuizing verbinden.
binnenzeskant schroeven vastschroeven.
Installatie
115
