Richtlijnen voor de combinatie van warmtebron-units
Zie [Fig. 9.2.3] voor de plaatsing van gepaarde leidingen.
[Fig. 9.2.3] (P.8)
<A> Als de leiding (vanaf de gepaarde leiding) langer is dan 2 m [6 ft], breng dan
een hevel aan op minder dan 2 m [6 ft] (alleen gasleiding). Zorg dat de hevel
een hoogte heeft van 200 mm [7-7/8 in] of meer.
Zonder hevel kan zich in de leiding olie ophopen, waardoor er elders een
oliegebrek ontstaat en de compressor kan worden beschadigd. (voor PQHY-
P·YSLM-A)
<B> Leidingaansluitingsvoorbeeld (voor PQHY-P·YSLM-A)
Binnenunit
A
Binnen 2 m [6 ft]
C
Meegeleverde leidingen
E
Rechte buislengte van 500 mm [19-11/16 in] of meer
G
Richtlijnen voor de combinatie van warmtebron-units
Zie [Fig. 9.2.4] voor de plaatsing van gepaarde leidingen.
[Fig. 9.2.4] (p. 8 - 9)
<A> Installeer de leidingen zo dat er zich in een stopgezette warmtebron-unit
geen olie ophoopt. (zowel de vloeistof- als de gaszijde voor de PQHY-
P·YSLM-A, alleen de hogedrukzijde voor de PQRY-P·YSLM-A)
1.
Het NG-voorbeeld toont dat zich olie ophoopt omdat de units met een
verkeerde helling ten opzichte van elkaar zijn geïnstalleerd, terwijl unit 1 in
bedrijf is en unit 2 is gestopt.
2.
Het NG-voorbeeld toont dat zich olie ophoopt in unit 1, terwijl unit 2 in bedrijf
is en unit 1 is gestopt. De verticale hoogte (h) van de buis moet 0,2 m (7-7/8
in) of minder zijn.
3.
Het NG-voorbeeld toont dat zich olie ophoopt in unit 1, terwijl unit 2 in bedrijf
is en unit 1 is gestopt. De verticale hoogte (h) van de buis moet 0,2 m (7-7/8
in) of minder zijn.
4.
Het NG-voorbeeld toont dat zich olie ophoopt in unit 2, terwijl unit 1 in bedrijf
is en unit 2 is gestopt. De verticale hoogte (h) van de buis moet 0,2 m (7-7/8
in) of minder zijn.
<B> Helling van de gepaarde leidingen (voor PQHY-P·YSLM-A)
De gepaarde leidingen moeten in een hellingshoek van ±15° worden gelegd.
Door een grotere hellingshoek kan de unit schade oplopen.
<C> Voorbeeld leidingaansluiting (voor PQRY-P·YSLM-A)
Neerwaartse helling
A
BC-controller (standaard of hoofd) D
C
De gepaarde leiding wordt in een hellingshoek van ±15° gelegd
E
Gepaarde leiding (lagedrukzijde)
F
Meegeleverd leidingwerk (lagedruk verbindingsleiding: tussen warmtebron-
H
units)
Meegeleverd leidingwerk (lagedruk hoofdleiding: naar BC-controller)
I
Meegeleverd leidingwerk (hogedruk hoofdleiding: naar BC-controller)
J
Let op:
• Installeer geen vallen om te voorkomen dat olie terugstroomt en de
compressor niet kan worden gestart.
• Installeer geen solenoïdekleppen om te voorkomen dat olie
terugstroomt en de compressor niet kan worden gestart.
• Installeer geen kijkglas omdat het de verkeerde koelvloeistofstroming
kan laten zien.
Als een kijkglas is geïnstalleerd, is het mogelijk dat onervaren technici
het kijkglas gebruiken en te veel koelvloeistof bijvullen.
10. Aanvulling koelvloeistof
Voor de levering wordt de warmtebron-unit met koelvloeistof gevuld.
Deze hoeveelheid koelvloeistof is onvoldoende om er ook de extra stukken
leiding mee te vullen zodat deze ter plaatse moeten worden bijgevuld. Houdt
altijd bij welke buisafmetingen en -lengtes u voor elke koelleiding hebt gebruikt
en hoeveel koelvloeistof u hebt bijgevuld door deze gegevens op de daarvoor
voorziene plaats op de warmtebron-unit te noteren om het later na te kunnen
kijken.
112
Hevel (alleen gasleiding)
B
Gepaarde leiding
D
Gepaarde unit
F
Opwaartse helling
B
Gepaarde leiding
Gepaarde leiding (hogedrukzijde)
G
10.1. De bij te vullen hoeveelheid
koelvloeistof berekenen
•
Bereken de bij te vullen hoeveelheid koelvloeistof op basis van de lengte van
de extra stukken leiding en de afmetingen van de koelleiding.
•
Gebruik de tabel hieronder bij het uitrekenen van de bij te vullen hoeveelheid
koelvloeistof en vul het systeem dienovereenkomstig bij.
•
De berekende waarde moet tot één plaats na de komma (0,1 kg) [4 oz] naar
boven worden afgerond. Als de berekende waarde bijvoorbeeld 28,73 kg
[1014 oz] bedraagt, rondt u af naar 28,8 kg [1016 oz].