Lasparameters En "Pilot" Lampjes Omschrijving - CEA Z Serie Manual De Instrucciones

Soldadoras por puntos
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 53
3. NADRUKTIJD - (NHZ) Tijdsduur tussen het einde van
de lastijd en het terugtrekken van de elektrode. In deze
periode blijft de druk van de elektrode gehandhaafd
om de las af te koelen en te verstevigen.
4. PAUZETIJD - (OHZ) Tijdsduur tussen twee opeenvol-
gende cyclussen wanneer de machine is ingesteld op
seriegebruik (punt 8.5.3) en het pedaal ingedrukt blijft.
Wanneer enkel puntlassen is ingesteld, voert de ma-
chine een enkele cyclus uit bij iedere druk op het pe-
daal.
8.4 Proces verloop bij een machine met
twee lasprogramma's (speciale
uitvoering)
Er is geen verschil in lascyclus bij ma-
chines uitgevoerd met twee voetpedalen.
Program-ma nr.1 wordt uitgevoerd indien
pedaal A wordt ingedrukt.Programma nr.2
wordt uitge-voerd indien pedaal B wordt
ingedrukt.
8.5 Lasparameters en "pilot" lampjes
omschrijving
8.5.1 Omschrijving van de "pilot" lampjes (fig. 3)
START1 – aanwezigheid van de cyclus start-
signaal 1.
START2 – aanwezigheid van de cyclus start-
signaal 2.
MAGNEETVENTIEL – Magneetventiel inge-
schakeld.
DRUKCONTACT - het geeft aan dat een extern
contact is gesloten. Bij standaard machines is
deze verbinding tot stand gekomen d.m.v. en
jumper. Het extern contact mag gebruikt worden
om de start van het lassen te voorkomen als be-
paalde condities niet bereikt worden: bijvoorbeeld;
luchtdruk (drukschakelaar); water hoeveelheid;
aanwezigheid van een werkstuk limiet schake-
laar. Voor meer details s.v.p. onze techneuten
raadplegen.
STROOMVLOEIT – geeft aan dat de thyristoren
conductief zijn.
8.5.2 Omschrijving van de lasparameters (fig. 3)
VOORDRUCKTIJD – (vanaf softwareversie P43)
Op nul instellen.
UPSLOPE – (vanaf softwareversie P43) Deze pa-
rameter vertegenwoordigt de tijd die ongeveer no-
dig is om de vooraf ingestelde waarde te berei-
ken. Deze waarde in inclusief de lastijd en moet
daarom korter zijn.
LASTIJD – Ook wel lastijd. Deze parameter ver-
tegenwoordigt de duur van de lasstroom waarvan
de intensiteit wordt ingesteld op de parameter las-
stroom.
LASSTROOM – Ook wel lasstroom. Deze
waarde wordt aangegeven in procenten. De
stroom intensiteit afgegeven door de
transformator bepaald deze waarde (Ampère).
8.5.3 Omschrijving van de lasparameters (fig. 3)
VOORDRUCKTIJD – Ook wel voordruktijd. Dit is
de tijd tussen het neerkomen van de elektrode op
het werkstuk en de start van de lastijd. De inge-
stelde waarde moet geschikt zijn om de nomi-
nale elektrodedruk op te kunnen bouwen voor het
lassen. Een te lage voordruktijd veroorzaakt
spetters tussen de elektrode en het werkstuk bij
begin van de lascyclus en heeft tevens een geen
continue laskwaliteit tot gevolg. PS: het loslaten
van het voetpedaal tijdens de cyclus voordruktijd
onderbreekt de gehele lascyclus.
B
A
UPSLOPE – Deze parameter vertegenwoordigt de
tijd die ongeveer nodig is om de vooraf ingestelde
waarde te bereiken. Deze waarde in inclusief de
lastijd en moet daarom korter zijn.
LASTIJD 1 – Ook wel lastijd. Deze parameter ver-
tegenwoordigt de duur van de lasstroom waarvan
de intensiteit wordt ingesteld op de parameter las-
stroom 1.
LASTIJD 2 – Ook wel lastijd. Deze parameter ver-
tegenwoordigt de duur van de lasstroom waarvan
de intensiteit wordt ingesteld op de parameter las-
stroom 2.
LASSTROOM 1 – Ook wel lasstroom. Deze
waarde wordt aangegeven in procenten. De
stroom 1 intensiteit afgegeven door de
transformator bepaald deze waarde (Ampère).
LASSTROOM 2 – Ook wel lasstroom. Deze
waarde wordt aangegeven in procenten. De
stroom 2 intensiteit afgegeven door de
transformator bepaald deze waarde (Ampère).
NADRUKTIJD – Ook wel nadruktijd. De tijd na
het lassen voordat de elektrode van het werkstuk
wordt genomen. Dit versneld de afkoeling van de
las en maakt deze daardoor ook sterker.
PAUSETIJD – Ook wel pauzetijd. Is de tijd tus-
sen een lascyclus en de opvolgende lascyclus,
indien de functie repeteren op de besturing is in-
gesteld.
8.6 Schakelaars
SCHAKELAAR ENKELE/HERHAALDE CY-
CLUS (ALLEEN ZP – NKLP) – Wanneer de LED
uit is, werkt de machine met de "ENKELE" cy-
clus en voert alleen een lascyclus uit telkens
wanneer het pedaal wordt ingedrukt. Wanneer
de LED brandt, werkt de machine met de "HER-
HAALDE" cyclus en herhaalt de lascyclussen
voortdurend, zolang het pedaal ingedrukt blijft.
Door op de toets te drukken gaat u van de "EN-
KELE" naar de "HERHAALDE" cyclus over, en
omgekeerd.
NEDERLANDS
69

Hide quick links:

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido