Dräger X-dock 5300 Instrucciones De Uso página 94

Ocultar thumbs Ver también para X-dock 5300:
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 62
Installatie
welke testmethode met welke testgasconcentratie daarvoor
geschikt is.
AANWIJZING
i
i
Dräger adviseert om gassen uitsluitend beneden de
LEL te gebruiken. Gassen boven de LEL en beneden
de UEL dienen niet te worden gebruikt.
Mogelijke veiligheidsmaatregelen bij gebruik van
gassen >100 %LEL zijn bijv.:
Gebruik van het onderhoudsstation onder een
geschikte afzuiging
Directe afvoer van het testgas naar een geschikte
afzuiging of naar buiten via een uitlaatslang (max.
10 m lang).
Gebruik van drukregelaars met flowstop
De gebruikte testgascilinder alleen voor de duur
van de test of de kalibratie openen.
Indien
vakkenis
ontbreekt,
(bijv. specialisten,
testinstituten
opgevraagd.
AANWIJZING
i
i
Let op voldoende ruimte voor de totale opstelling.
De master en alle modules moeten dezelfde
firmwareversie hebben. Als dit niet het geval is, moet
een
firmware-update
hoofdstuk 6.4 op pagina 103).
1. Evt.
modules
montagehandleiding op de master monteren (alleen bij
X-dock 6300/6600).
Er kunnen maximaal 10 modules op een master
worden gemonteerd.
De beschikbare modules kunnen naar keuze worden
gecombineerd.
2. Evt.
wand-
of
cilinderhouder
bijbehorende montagehandleiding monteren.
3. Afsluitdopje van de bedoelde gasingangen en van de
gasuitgang verwijderen.
AANWIJZING
i
i
Wanneer het afsluitdopje van de gasuitgang niet wordt
verwijderd, kan het station de zelftest niet foutloos
uitvoeren.
4. Gastoevoerslangen op de gasingangen van de master
aansluiten en op de drukregelaar van de testgascilinder
aansluiten.
AANWIJZING
i
i
Dräger adviseert om voor de bumptestvolgorde
toxische
gassen
concentratie aan te sluiten.
Dräger adviseert om voor de gastoevoerslangen een
slanglengte van 10 m niet te overschrijden.
94
moet
deze
bij
of
fabrikanten)
worden
uitgevoerd
volgens
de
bijbehorende
overeenkomstig
met
telkens
opklimmende
5. Evt. de uitlaatslang (lengte max. 10 m) aansluiten op de
gasuitlaat, om het testgas naar een afzuiging of naar de
buitenlucht af te voeren.
6. Voor toevoer van perslucht of verse lucht zorgen:
Persluchtslang op persluchtaansluiting aansluiten
(uitgangsdruk
volumestroom >3 L/min).
Verse-luchtinlaat instellen (zie hoofdstuk 4.6.1 op
pagina 97). Instelling: perslucht
OF
Evt. verse-luchtslang op verse-luchtfilter aansluiten.
Evt. verse-luchtinlaat instellen (zie hoofdstuk 4.6.1 op
pagina 97). Instelling: pomp.
WAARSCHUWING
!
Gevaar voor persoonlijk letsel!
Door verontreinigingen in de omgevingslucht kunnen
foute meetresultaten optreden.
Bij gebruik van de interne pomp voor toevoer van
verse lucht via de verse-luchtaansluiting moet worden
anderen
gewaarborgd dat de omgevingslucht vrij is storende
worden
stoffen.
7. Voedingseenheid aansluiten.
Station met maximaal 3 modules: voedingseenheid
24 V / 1,33 A
Station met 4 tot max.10 modules: voedingseenheid
24 V / 6,25 A
Het gehele systeem wordt via de master van stroom
voorzien.
(zie
AANWIJZING
i
i
Dräger
testgascilinders
hoofdstuk 9 op pagina 105). Als alternatief kan ook
een geschikte drukregelaar met een uitgangsdruk van
0,5 bar en een volumestroom van >3 L/min worden
gebruikt.
de
Dräger adviseert om een uitlaatslang (lengte max.
10 m) aan te sluiten op de gasuitlaat, om het testgas
naar een afzuiging of naar de buitenlucht af te voeren.
van
de
drukregelaar
adviseert
het
gebruik
en
Dräger-drukregelaars
Dräger X-dock 5300/6300/6600
0,5 bar,
van
Dräger
(zie
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

X-dock 6300X-dock 6600

Tabla de contenido