U kunt de vermogenmeter activeren door de knop
de vermogenmeter ingedrukt te houden. Een combinatie van
de drie groene LED-lampjes gaat branden en dat geeft een
aanduiding van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft.
Wanneer de lading in de accu onder het bruikbare niveau
ligt, gaat de vermogenmeter niet branden en moet de accu
worden opgeladen.
OPMERkInG: De accumeter geeft slechts een indicatie van
de hoeveelheid lading die de accu nog heeft. De indicator
geeft geen aanwijzingen over de functionaliteit van het
gereedschap en is onderhevig aan schommelingen afhankelijk
van productcomponenten, temperatuur en de toepassing door
de eindgebruiker.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de
veiligheidsinstructies en van toepassing
zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig
persoonlijk letsel te verminderen, zet u het
gereedschap uit en ontkoppelt u de accu, voordat
u enige aanpassing maakt of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Het onbedoeld
opstarten kan letsel veroorzaken.
Juiste handpositie (Afb. A, B)
WAARSCHUWING: Beperk het risico op ernstig
persoonlijk letsel, plaats ALTIJD uw handen in de juiste
positie, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Beperk het risico van ernstig
persoonlijk letsel, houd het gereedschap ALTIJD stevig
vast, zodat u bent voorbereid op een plotselinge terugslag.
Voor een juiste positie van de handen zet u één hand
op de voorste handgreep
10
hoofdhandgreep
3
.
Aan/uit-schakelaar (Afb. A)
WAARSCHUWING: Dit gereedschap heeft geen
voorziening voor het vergrendelen van de schakelaar in
de AAN-stand en mag nooit op om het even welke andere
manier, in de AAN-stand vergrendeld worden.
Geef de vergrendelknop
2
de knop in te drukken, zoals wordt afgebeeld. Trek aan de aan/
uit-schakelaar
om de motor in te schakelen. Door de aan/
1
uit-schakelaar los te laten, wordt de motor uitgeschakeld.
OPGELET: Laat het gereedschap volledig op snelheid
komen voor u met het gereedschap het werkoppervlak
raakt. Schakel het gereedschap pas uit wanneer u het van
het werkoppervlak hebt getild.
Druk de aan/uit-schakelaar
te starten.
Laat de aan/uit-schakelaar los om de schaafmachine uit
te schakelen.
16
, en de andere hand op de
van de aan/uit-schakelaar vrij door
1
in om het de schaafmachine
De schaafdiepte aanpassen (Afb. A)
van
Draai om de diepte van de snede aan te passen , aan de knop
voor het instellen van de schaafdiepte
gradatieschaal van de schaafdiepte
diepte tot de maximale diepte van de snede van ongeveer
2,0 mm.
Het worden aanbevolen om dit te testen op een stuk afvalhout,
zodat u zeker weet dat de gewenste hoeveelheid hout door de
schaafmachine wordt verwijderd. Enkele keren ondiep schaven
(in plaats van één keer diep) geeft een gladder resultaat.
Schaven (Afb. A, B–D)
OPGELET: Laat het gereedschap volledig op snelheid
komen voor u met het gereedschap het werkoppervlak
raakt. Schakel het gereedschap pas uit wanneer u het van
het werkoppervlak hebt getild.
Houd de schaafmachine in de juiste positie met een hand
op de voorste handgreep
hoofdhandgreep
Plaats de voorste schoen
en verzeker dat de beitels het oppervlak niet raken. Oefen
stevige neerwaartse druk uit op de voorste handgreep van de
schaafmachine zodat de voorste schoen VOLKOMEN VLAK op
het werkoppervlak komt. Knijp de aan/uit-schakelaar in en laat
het gereedschap volledig op snelheid komen voordat u met de
beitels van de schaafmachine het werkoppervlak raakt.
Beweeg het gereedschap langzaam in het werkstuk en blijf
neerwaartse druk uitoefenen zodat de schaafmachine vlak blijft.
Let er vooral goed op dat u het gereedschap vlak houdt aan het
begin en het einde van het werkoppervlak.
Tip voor het schaven: U krijgt een gelijkmatiger resultaat als
u een stuk afvalhout bevestigt aan het einde van het werkstuk
dat u schaaft. Stop het schaven pas wanneer de beitels van
de schaafmachine voorbij het werkstuk zijn en het afvalhout
hebben bereikt.
Rabatgeleider (Afb. E, F)
WAARSCHUWING: Laat het gereedschap volledig
op snelheid komen voor u met het gereedschap het
werkoppervlak raakt. Schakel het gereedschap pas uit
wanneer u het van het werkoppervlak hebt getild.
De rabatgeleider
gereedschap mogelijk op smalle werkstukken en kan aan
beide kanten van uw schaafmachine worden gemonteerd. De
schaafmachine maakt rabatten van maximaal 9 mm.
Om de rabatgeleider te installeren
1. Draai de bevestigingsknop van de rabatgeleider
2. Schuif de dwarsbalk op de rabatgeleider
gat
aan de zijkant van de schaafmachine, zoals wordt
6
weergegeven op Afbeelding E.
3. Stel de breedte van het rabat in door de randgeleider af te
stellen over de breedte van de schoen.
4. Draai de bevestigingsknop
stevig vast.
. Elke klik van de
10
9
is gelijk aan 0,1 mm
en de andere hand op de
10
3
zoals weergegeven op Afbeelding B.
7
op het te schaven oppervlak
17
maakt optimale controle van het
8
van de rabatgeleider
nEDERLanDs
8
los.
17
in het
77