Chicco BI-SEAT Manual De Instrucciones página 117

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 85
c) Het is verplicht om de maximale ligstand te gebruiken voor kinde-
ren met lengte tot 75 cm
d) De installatie moet plaatsvinden op stoelen met Isofix-systeem.
e) Het kind mag niet meer dan 17,5 kg wegen.
f ) Tijdens de installatie met het Isofix-systeem mag de veiligheidsgordel
van het voertuig niet achter het autostoeltje worden vastgemaakt,
want dat kan het opblaasbare gedeelte van de gordel activeren.
g) Tot 60 cm is het gebruik van het verkleinkussen (inbegrepen in het
pakket of apart verkrijgbaar) verplicht. Vanaf 61 cm is de verkleiner
niet meer nodig.
2. 76-105 cm >15 maanden (max. 17,5 kg) "i-Size" ISOFIX uni-
verseel integraal, in de rijrichting (Integral Universal ISOFIX
"i-Size"): installatie met Full 360 i-Size base en steunpoot (zie
afbeelding 19 t/m 23)
AANDACHTSPUNTEN
a) Gebruik het autostoeltje niet zonder basis voordat het kind een
lengte van 100 cm heeft bereikt!
b) Vanaf 15 maanden/76 cm kan het autostoeltje in de rijrichting wor-
den geïnstalleerd.
c) De installatie moet plaatsvinden op stoelen met Isofix-systeem.
d) Het kind mag niet meer dan 17,5 kg wegen.
e) Tijdens de installatie met het Isofix-systeem mag de veiligheids-
gordel van het voertuig niet achter het autostoeltje worden vast-
gemaakt, want dat kan het opblaasbare gedeelte van de gordel
activeren.
3. Wijziging van de configuratie van "i-Size" ISOFIX universeel inte-
graal naar "i-SIZE Booster Seat" (zie afbeelding 24 t/m 34)
4a. 100-150 cm i-SIZE Booster Seat: installatie met vaste kop-
pelstukken en driepuntsgordel van de auto (zie afbeel-
ding 35 t/m 47)
AANDACHTSPUNTEN
a) Het autostoeltje mag alleen zonder basis worden gebruikt!
b) De autostoel moet zijn uitgerust met een vaste of oprolbare drie-
puntsgordel, die goedgekeurd is volgens de UN/ECE 16 of andere
gelijkwaardige standaarden (Fig. 35).
c) Het autostoeltje kan worden geïnstalleerd op de zetel vooraan aan de
passagierszijde of op eender welke van de achterste zetels en het moet
altijd in de rijrichting worden aangebracht. Gebruik dit autostoeltje nooit
op zittingen die zijdelings staan of tegen de rijrichting in (Fig. 37).
d) Installeer het autostoeltje nooit met de tweepuntsgordel van de
auto (Fig. 36).
e) Zorg ervoor dat het deel van de autogordel dat over de buik loopt,
goed op het bekken van het kind rust.
f ) Bij gebruik in voertuigen die op de achterbank zijn uitgerust met
veiligheidsgordels met ingebouwde airbags (opblaasbare gordels),
kan het contact tussen het opblaasbare gedeelte van de voertuig-
gordel het kinderzitje leiden tot ernstig letsel of de dood. volg de
gebruikshandleiding van de fabrikant van de auto bij gebruik van
het autostoeltje in voertuigen die zijn uitgerust met veiligheids-
gordels achterin met geïntegreerde airbags (opblaasbare gordels).
g) Controleer of de gesp van de driepuntsgordel van de auto niet te
hoog zit. Probeer het autostoeltje anders op een andere zitplaats
van de auto te installeren. Het kan voorkomen dat de gesp van
de veiligheidsgordel van de wagen te lang is en de hoogte over-
schrijdt die voorzien was ten opzichte van het onderste gedeelte
van de zitting (Fig. 45A-45B). In dat geval mag het autostoeltje niet
worden bevestigd op deze zetel, maar moet het op een andere ze-
tel worden geïnstalleerd waarbij het probleem zich niet voordoet.
Voor meer informatie over dit aspect neemt u contact op met de
autofabrikant.
117
loading