Dodehoekassistent gebruiken
Gevoeligheid van de sensoren instellen
➤ Druk kort op de toets „SENS" om de gevoeligheid om te schakelen.
De gevoeligheid wordt in de volgorde „Laag – Hoog – Hoog – Laag ..." omge-
schakeld.
✓ Het leddisplay bevestigt de geselecteerde gevoeligheid door een akoestisch
signaal:
– een korte pieptoon: Laag
– twee korte pieptonen: Midden (fabrieksinstelling)
– drie korte pieptonen: Hoog
Sirene of camera instellen
➤ Druk ca. 3 sec. op de toets „SENS".
✓ Het leddisplay bevestigt door een akoestisch signaal of u een sirene of een
camera heeft geconfigureerd:
– tien korte pieptonen: Sirene
– lange toon: Camera (fabrieksinstelling)
11
Dodehoekassistent gebruiken
De sensoren worden automatisch geactiveerd:
• als het contact is ingeschakeld
• als de parkeerrem wordt losgezet
Hiervoor moet de parkeerrem aan stekker 12 Van de stekker zijn aangesloten.
Ze blijven actief zolang de snelheid lager is dan 15 km/h. De blauwe led in het led-
display brandt.
Zodra zich een hindernis in het detectiebereik bevindt, branden de leds in het led-
display en klinkt een zich gelijkmatig herhalend signaal.
Bij het dichterbij rijden tonen de verschillend gekleurde leds in het leddisplay in
welke zone het hindernis zich bevindt en hoever het ongeveer verwijderd is.
Ga bij de eerste ingebruikname uiterst voorzichtig te werk om de afstandsaandui-
ding door de leds te leren kennen.
92
MWE4004
NL