VERVANGEN VAN DE OLIE IN DE VER-
SNELLINGSBAK (Fig. 22)
Vervanging dient plaats te vinden wanneer
de olie nog warm is draai dop A en dop B
met oliepeilstok los. Als de olie eruit gelopen
is kan dop A weer vastgezet worden en de
nieuwe olie in gat B (1,6 Kg) gegoten worden.
Controleer het peil met de peilstok van dop B.
Deze handelingen dienen uitgevoerd te wor-
den met de machine in horizontale positie.
BANDENSPANNING
Controleer regelmatig de druk in de banden.
Deze moet binnen de gegeven limiet van 1-
1,2 bar (Kg/cm
) zijn.
2
QUICKFIT (Fig. 23)
AANKOPPELING AAN DE MOTORPLOEG:
Installeer de Quickfit op de motorploeg
en vergrendel hem met de desbetreffende
moeren (1) aan de drie ingekapselde schroe-
fdraden van de flens.
GEBRUIK VAN DE WERKTUIGEN: Bij
stilstaande motor en horizontaal geplaa-
tste machine trekt men hendel (2) aan en
blokkeert deze in open positie. Als het we-
rktuig eenmaal aangekoppeld is kan men
de hendel neerlaten tot aan de klik van de
vergrendelpositie.
OPGELET - Om het klem zitten
van de werktuigen te voorkomen
dient men de Quickfit dagelijks
te smeren.
84