THERAPIE STARTEN
Vloeistofproductie bewaken: de ABThera
verwijderen van vloeistof uit het abdominale compartiment en gelijkmatig verdelen van de
negatieve druk. Bij de behandeling van patiënten met het ABThera
volume van het exsudaat in de opvangbeker en de slang regelmatig worden gecontroleerd.
1. Zorg dat de ABThera
Dressing is aangebracht zoals beschreven in het gedeelte
™
Aanbrengen van de ABThera
Dressing.
™
2. Sluit het ABThera
-stroomsnoer aan op de ABThera
™
locatie van de aansluiting van het stroomsnoer.
3. Sluit het ABThera
™
-stroomsnoer aan op het AC-stopcontact. De indicator voor aansluiting
op lichtnet op de gebruikersinterface gaat blauw branden (zie Afbeelding 2).
4. Houd de knop Therapie aan/uit twee seconden ingedrukt om de Therapy Unit in te
schakelen en de therapie te starten (zie Afbeelding 1). Het groene lampje naast de knop
Therapie aan/uit gaat branden.
OPMERKING: het systeem start automatisch met 125 mmHg.
OPMERKING: de pomp gaat draaien. Naarmate de selecteerde druk wordt bereikt,
gaat deze langzamer draaien. Wanneer de geselecteerde druk is bereikt, stopt de pomp.
Deze wordt alleen ingeschakeld om de druk te behouden.
5. Voer de gewenste druk in via het selectiepaneel voor systeemdruk (zie Afbeelding 2).
Naast de selectie gaat een groen lampje branden.
6. Controleer terwijl de therapie is ingeschakeld of de afdichting van het wondverband intact is.
• Het wondverband moet er enigszins gerimpeld uitzien wanneer de therapie wordt uitgevoerd.
• Er mogen geen sisgeluiden te horen zijn.
• Als er enig bewijs is van een luchtlek rondom het wondverband of de slangaansluitingen,
raadpleegt u Alarm Lekkage in het gedeelte Alarmen.
THERAPIE STOPPEN/OPVANGBEKER VERWISSELEN
LET OP: volg de standaardvoorzorgsmaatregelen; het systeem kan lichaamsvloeistoffen bevatten.
1. Houd de knop Therapie aan/uit gedurende drie seconden ingedrukt om de Therapy Unit
uit te schakelen
1
.
2. Knijp enkele malen in de slangklem om deze te sluiten
3. Haal de slangenset uit de vacuümpoort van de opvangbeker
4. Trek de slangenset weg van de patiëntpoort van de
opvangbeker
en sluit de slangenset met behulp van
4
bijbehorende afsluiting.
5. Zorg dat afsluitingen op het deksel van de opvangbeker
goed zijn gesloten voordat u de opvangbeker verwijdert.
De vacuümpoort van de opvangbeker heeft geen
afsluiting. De filter van de opvangbeker voorkomt dat
vloeistof uit de beker loopt.
6. Til de opvangbeker recht omhoog en uit de Therapy Unit.
7. Plaats een nieuwe opvangbeker om de therapie voort te zetten. Gebruik een
opvangbeker nooit opnieuw.
8. Sluit de slangenset aan op de opvangbeker en hervat de therapie. (raadpleeg het gedeelte
Voorbereiding voor gebruik).
OPMERKING: de slangenset is onderdeel van de wondverbandset en moet worden vervan-
gen wanneer het wondverband wordt vervangen.
OPMERKING: het ABThera
(NPT) -systeem start automatisch met 125 mmHg.
™
9. Voer de opvangbeker volgens de protocollen van het plaatselijke ziekenhuis of de instelling af.
U kunt een extra voorraad wondverbanden en opvangbekers bestellen via uw plaatselijke KCI-
vertegenwoordiger. In de VS kunt u KCI bereiken via telefoonnummer 1-800-275-4524.
™
Dressing is ontwikkeld voor het efficiënt
(NPT)-systeem moet het
™
(NPT) Unit. Zie Afbeelding 1 voor de
™
.
2
3
4
.
3
~800
(cc/mL)
ABThera
™
~700
Active Abdominal Therapy
~600
1
1000
(cc/mL)
Canister
~500
®
~400
REF 370620/20
Manufactured for:
150
KCI USA, Inc.
~300
150
San Antonio, TX 78219 USA
2
Single Use Only
100
~200
125
i
50
LATEX
0473
~100
0
Rx only
mmHg
100
~50
LOT
/SERIAL NO. 8KC-
~20
370561
mmHg
yyyy/mm
Rev A
ALARM OPVANGBEKER GEBLOKKEERD/VOL
Wanneer het systeem detecteert dat een opvangbeker is geblokkeerd of vol is,
gaat een geel-oranje lampje branden naast het alarmpictogram 'Opvangbeker
geblokkeerd/vol'. Twee achtereenvolgende piepjes worden elke 15 seconden
herhaald tijdens deze alarmtoestand. Het alarm kan vijf minuten worden
gepauzeerd. Raadpleeg het gedeelte over de knop Stil voor meer informatie.
Wanneer de alarmtoestand is verholpen, gaat het lampje uit.
Deze alarmtoestand verhelpen:
• Controleer of de opvangbeker vol is.
• Controleer op knikken en afknellingen in de slang en verhelp deze.
• Zorg dat de slangklem geopend is.
ALARM LEKKAGE
Wanneer het systeem een luchtlek detecteert, gaat een geel-oranje lampje
branden naast het alarmpictogram 'Lekkage'. Twee achtereenvolgende
piepjes worden elke 15 seconden herhaald tijdens deze alarmtoestand.
Het alarm kan vijf minuten worden gepauzeerd. Raadpleeg het gedeelte over de knop Stil
voor meer informatie.
Wanneer de alarmtoestand is verholpen, gaat het lampje uit.
Deze alarmtoestand verhelpen:
• Druk stevig rondom de rand van de folie en de interfacepad om het lek af te dichten.
Gebruik zo nodig extra folie om het wondverband goed aan te brengen.
• Controleer alle slangverbindingen en de opvangbekerafsluitingen op lekkage.
ALARM: BATTERIJ BIJNA LEEG
Wanneer het systeem detecteert dat de batterij bijna leeg is, gaat een geel-
oranje lampje branden naast het alarmpictogram 'Batterij bijna leeg'. Twee
achtereenvolgende piepjes worden elke 15 seconden herhaald tijdens deze
alarmtoestand.
Het alarm kan vijf minuten worden gepauzeerd. Zie Knop Stil voor meer informatie.
Deze alarmtoestand verhelpen:
Wanneer het lampje 'Batterij bijna leeg' gaat branden, resteert er een therapieduur van
2
ongeveer één uur. De ABThera
AC-stroomvoorziening.
KNOP STIL
Druk tijdens een alarmtoestand op de knop Stil om het hoorbare alarm vijf
minuten uit te schakelen. Een geel-oranje lampje naast de knop gaat branden
om aan te geven dat het geluid van het hoorbare alarm is uitgeschakeld.
Druk nogmaals op de knop om het hoorbare alarm weer in te schakelen.
Wanneer de alarmtoestand is verholpen, wordt het hoorbare alarm automatisch
geannuleerd en gaat het geel-oranje lampje uit.
24
ALARMEN
Unit moet direct worden aangesloten op een
™
(NPT)