Verboden Gebruik; Reglementeringen En Normen - Tractel EN 353-1 Manual De Empleo Y De Mantenimiento

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 18
6 Verificaties, controles en onderhoud
Elke verticale leeflijninstallatie (PBM) moet, voordat het in gebruik
gesteld of opnieuw in gebruik gesteld wordt na demontage of hers-
telling en minstens eenmaal om de twaalf maanden, op alle onder-
delen onderzocht worden door een bevoegd persoon om ervoor te
zorgen dat de installatie conform de wettelijke en normaliserende
veiligheidsvoorschriften is, in het bijzonder, de norm EN 353-1
(Meelopende valbeveiliger met starre ankerlijn – ankerlijn bevestigd
aan de 2 uiteinden) of EN 353-2 (Meelopende valbeveiliger met
flexibele ankerlijn – Ankerlijn voorzien van een contragewicht op het
onderste gedeelte). Tractel SAS raadt aan hiervoor beroep te doen
op een erkend controleorganisme. Dit onderzoek gebeurt op initia-
tief en ten laste van de gebruiker.
Deze controle bestaat uit het analyseren van de algemene goede
staat en de zuiverheid van de samenstellende onderdelen (eindan-
kers, kabel, tussenstukken, spanner, spanningindicator, energieab-
sorber, kabelklem, connectors en in het bijzonder de valbeveiliging)
en de leesbaarheid van alle markeringen.
De veiligheid van de gebruiker is afhankelijk van het behoud van de
doeltreffendheid en de weerstand van deze uitrusting. De leeflijn en
de samenstellende onderdelen moeten altijd zuiver gehouden wor-
den, zonder parasietproducten (verf, werfafval, slechte pleisterkalk,
enz.).
Het is verplicht de lijn en de valbeveiliging met zeep en helder water
te reinigen.
Het transport van deze uitrusting moet gebeuren zonder dat de
uitrusting beschadigd kan raken door schokken / vallen / aantasting
van extern milieu (zuren,...).
De opslag van deze uitrusting moet gebeuren in een zuiver en
droog lokaal zodat elke schade veroorzaakt door externe agressie
vermeden wordt (vocht/zuren/schokken/ultraviolette stralen).
Bovendien, moeten de veiligheidsharnassen onderwerp uitmaken
van periodieke controles, uitgevoerd door een bevoegd persoon,
conform de reglementering en de norm EN 361.
Deze controle moet minstens eenmaal om de 12 maanden gebeu-
ren en het resultaat van deze controle moet op het hygiëne- en vei-
ligheidsregister van het gebruikend bedrijf worden ingeschreven.
Het is raadzaam een controleboekje voor elke levenslijn bij te hou-
den, met de referentie van het voorafgaand onderzoek, de samens-
telling van de levenslijn, de uitgevoerde controles, de vallen die de
levenslijn in werking gesteld hebben, de metingen voor het opnieuw
in bedrijf stellen en de herstellingen en alle wijzigingen die aan de
levenslijn aangebracht werden. Daarenboven, moet aan elk PBM
een identificatiefiche worden toegekend, conform de norm EN 365.
Als om het even welk punt van de STOPCABLE levenslijn de val
van een gebruiker ondergaan heeft, dan moet de volledige levens-
lijn, en meer in het bijzonder de ankers, de bevestigingen en de
ankerpunten in de valzone, de persoonlijke beschermingsmiddelen
betrokken in de val verplicht worden gecontroleerd door een
bevoegd persoon voordat men het opnieuw gebruikt.

7 Verboden gebruik

Het gebruik van de STOPCABLE levenslijn conform de in deze
handleiding beschreven veiligheidsvoorschriften verschaft een
volledige zekerheid. Het is echter nuttig de gebruiker te waars-
chuwen voor foute handelingen en onjuist gebruik, zoals onders-
taand beschreven:
HET IS VERBODEN:
- op de leeflijn andere elementen te installeren dan deze bes-
chreven in de voorafgaande studie en in het bijzonder andere
elementen dan de door Tractel bijgeleverde onderdelen van
deze leeflijn.
- de installatie te wijzigen zonder de controle van een bevoegd
persoon voor het opstellen van de voorafgaande studie,
- de kabel van de leeflijn te gebruiken als ophangmiddel, buiten
de onvrijwillige vallen van personen,
- de leeflijn te testen door een vrijwillige val,
- aan de mobiele ankerconnector te trekken om hem van een
eventueel obstakel te verwijderen, of om hem een intermediai-
re kabelgeleider te doen passeren,
- zich van de leeflijn te los te koppelen of vast te koppelen op
andere punten dan deze die hiervoor voorzien zijn en die door
een instructieplaat gemarkeerd zijn,
- meer dan één persoon gelijktijdig op de lijn te koppelen,
- een andere valbeveiliging te gebruik<en dan de STOPCABLE
valbeveiliging,
- de veiligheidskabel te vervangen door een andere kabel dan
een STOPCABLE kabel,
- de leeflijn door meer dan één persoon tegelijk te gebruiken.

8 Reglementeringen en normen

Het bedrijf Tractel S.A.S. RN 19-Saint Hilaire sous Romilly-F-
10102 Romilly-sur-Seine, Frankrijk, verklaart bij deze dat
de in deze handleiding beschreven veiligheidsuitrusting
• conform de schikkingen van de Europese Richtlijn 89/686/CEE
van december 1989 is,
• identiek is aan het PBM dat onderwerp heeft uitgemaakt van
het type-afschrift B.P.193, afgeleverd door het Apave SUDEU-
ROPE, B.P. 193, 13322 Marseille cedex 16 (N°0082), en getest
is volgens de norm EN 353-2 van 2002 of 353-1 van 2002 naar-
gelang het geval.
• onderworpen is aan de procedure beoogd door het Art. 11B van
de Richtlijn 89/686/CEE, onder de controle van de aangemelde
instantie: TÜV Rheinland Product Sefety GmbH - Am Grauen
Stein D - 51105 Köln, geïdentificeerd door het nummer 0197.
9 Markering
De markering van elk element geeft aan (uitgezonderd de
connectors):
a: het commercieel handelsmerk
b: de beschrijving van het product (Stopcâble)
c: de referentienorm, gevolgd door het jaar van toepassing
e: CE markering, gevolgd door het nummer van de aangemelde
instantie, artikel 11b (productiecontrole)
g: het serienummer
- Voor de valbeveiliging 'XX', het jaar van fabricatie, 'YY',
het nummer van de serie
- Voor de veiligheidssupport en de scheurabsorber 'XX',
het jaar van fabricatie, 'YY', het nummer van de serie.
'ZZZ', nummer van het onderdeel in de serie
h: een pictogram geeft aan dat men de handleiding moet lezen
vóór elk gebruik
Specifieke markering voor aanvullende valbeveiliging
i: een pijl geeft de gebruiksrichting aan
m: het type kabel dat exclusief gebruikt moet worden
- I ø 8 -7x19: RVS kabel, diameter 8 mm, 7 strengen 19 dra-
den / streng.
- G ø 8 -6x19: Gegalvaniseerde kabel, diameter 8 mm, 6
strengen 19 draden / streng.
Specifieke markering op de kabel
a: het commercieel handelsmerk
m: het type kabel dat exclusief gebruikt moet worden
- I ø 8 -7x19: RVS kabel, diameter 8 mm, 7 strengen 19 dra-
den / streng.
- G ø 8 -6x19: Gegalvaniseerde kabel, diameter 8 mm, 6
strengen 19 draden / streng.
Group
NL
17
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

En 353-2

Tabla de contenido