Met de mogelijkheid de FT210B over 210° op de horizontale as en 30° op de verticale as te richten, kan ze ook gebruikt wor-
den waar bevestigingsvlakken een correcte uitlijning tussen TX en RX zouden beletten (zie afbeelding 2).
2
Wanneer de fotoinrichting FT210B volgens de aanwij-
zingen geassembleerd is en van de specifieke contact-
lijst TCB65, voorzien is en bedieningseenheid voorzien
van "BlueBUS"-technologie verklaart de fabrikant dat
die in overeenstemming is met onderstaande normen:
• EN 954-1 Veiligheid van machines - Delen van bedienings-
systemen die met de veiligheid van doen hebben - Alge-
mene beginselen voor het ontwerpen daarvan
• EN 1760-2 Veiligheid van machines - Veiligheidsinrichtin-
3) Installatie
!
Alle installatiewerkzaamheden dienen uitgevoerd te
worden terwijl er geen stroom op de installatie staat;
indien er een bufferbatterij aanwezig is, dient deze los-
gekoppeld te worden.
3.1) Controles vooraf
• Controleer zorgvuldig of de gebruiksparameters overeenko-
men met de gegevens zoals die in het hoofdstuk "Technische
gegevens" zijn vermeld. Gebruik in geval van twijfel het product
niet en vraag de technische dienst van Nice om opheldering.
Omdat het product zo bijzonder en uniek is, dient u alvorens
met de installatie te beginnen enkele aspecten met betrek-
king tot het werkingsprincipe te beoordelen teneinde een zo
groot mogelijke veiligheid en functionaliteit te verkrijgen.
• De zender controleert voortdurend de staat van de contact-
lijst en verzendt de informatie naar de ontvanger. Om het
verbruik van de batterij te beperken maar toch de verlang-
de veiligheid te garanderen, gebeurt dit met 2 verschillende
"snelheden": LANGZAAM wanner de poort stil staat; SNEL
wanneer de poort in beweging is. De zender herkent de
staat van de poort in beweging via een speciale sensor die
de trillingen van de poort in beweging waarneemt. Zodra de
poort in beweging komt, gaat de zender over naar de
modus SNEL en blijft daar tot wanneer de poort 10 of 90
seconden stil blijft staan (zie jumpers JP" en JP3 in tabel 1).
Om het verlangde veiligheidsniveau te kunnen garanderen
moet de ontvanger de staat van de poort kennen, vooral om
te controleren of de modus LANGZAAM of SNEL van de
zender correct is. Dit controlemechanisme vindt via "Blue-
BUS" plaats; zolang de manoeuvre duurt, zendt de bestu-
ringseenheid de signalering uit dat de poort in beweging is en
de ontvanger controleert de juiste modaliteit van de zender.
• FT210B is uitgedacht om andere fotocellen niet te storen
en om door hen niet gestoord te worden; dit betekent dat
FT210 met andere fotocellen gecombineerd kan worden;
maar u dient op het volgende te letten:
1. als er fotocellen voorzien van BlueBUS-technologie
gebruikt worden, is het aantal fotocellen dat met de foto-
inrichting FT210B gecombineerd wordt, geen enkel pro-
bleem, mits die geïnstalleerd zijn zoals op afb. 4, 5 of 6 is
gen die op contact reageren - Algemene beginselen voor
het ontwerpen en testen van contactlijsten en -staven
• EN 12978 - Deuren en poorten voor industrie handel en
garages. Veiligheidsinrichtingen voor door motoren aange-
dreven deuren en poorten - Vereisten en testmethoden
!
De FT210B alleen is geen volledige veiligheidsin-
richting maar maakt slechts deel daarvan uit!
aangegeven, en geprogrammeerd volgens tabel 3.
2. als er traditionele fotocellen gebruikt worden die door NICE
vervaardigd zijn, is werking met tenminste één ander stel
fotocellen gegarandeerd
3. als er traditionele fotocellen gebruikt worden die niet oor
NICE vervaardigd zijn, zou werking daarvan niet gegaran-
deerd kunnen worden.
In elk geval dient u, om te controleren dat er geen interferen-
tie met andere inrichtingen bestaat, zorgvuldig de procedure
voor de eindtest zoals die in hoofdstuk 4 voorzien is, uit te
voeren en de specifieke signalering van tabel 4 te controleren.
• Er kunnen geen twee FT210B-inrichtingen geplaatst worden
om hetzelfde gebied te controleren; als een ontvanger het
signaal van twee zenders zou ontvangen, zou deze in de
"veiligheidsmodus" komen en de poort beletten in beweging
te komen. Zie de specifieke signalering in tabel 4.
• Er kunnen wel twee FT210B-inrichtingen geplaatst worden
om de voorzijde (FT A) en achterzijde (FT B) van dezelfde
poort te controleren, zoals dat op afbeelding 3 aangegeven is.
• Op een vleugel met één enkele FT210B kunnen 2 contact-
lijsten, voor en achter (FT C) gemonteerd worden, die
onderling in cascade verbonden dienen te worden zoals
dat in hoofdstuk 3.1.1. beschreven is. In dit geval is het
mogelijk FT210B als obstakeldetector te gebruiken waarbij
zender en ontvanger gemonteerd worden zoals dat aange-
geven is op afbeelding 4; of alleen als melder van de staat
van de contactlijst waarbij zender en ontvanger gemon-
teerd worden zoals dat aangegeven is op afbeelding 5.
• Bij tegenovergestelde vleugels die in de modus master-sla-
ve (met Robus of Run) gesynchroniseerd zijn is het moge-
lijk 2 FT210B-inrichtingen (FT B en FT C) te monteren zoals
dat aangegeven is op afbeelding 6. Op elke vleugel kunnen
er 1 contactlijst of 2 contactlijsten (voor en achter) aange-
bracht worden die onderling in cascade verbonden dienen
te worden zoals dat beschreven is in hoofdstuk 3.1.1.
In alle gevallen zoals die op de afbeeldingen 3, 4, 5 en 6 te zien zijn
dient u de jumper JPX op de ontvanger aan te brengen (zie tabel
3) om de beschikking te hebben over de functie (FT A; FT B of FT
C) zoals dat op de desbetreffende afbeeldingen is aangegeven.
88