NL
2) Indien noodzakelijk, kan de plaats op de CD met
behulp van de knop FWD/REV (17) preciezer
B
worden geselecteerd. De huidige plaats is con-
tinu te horen.
3) Druk op de toets CUE. Hierdoor wordt de plaats
intern gemarkeerd. De toets CUE licht nu continu
op. De toets
blijft knipperen als teken om het
afspelen te starten.
4) Herstart het afspelen met de toets
5) Met behulp van de toets CUE of BOP (18) kunt u
nu terugspringen naar de gemarkeerde plaats. Na
drukken op de toets CUE staat het afspeelmecha-
nisme op het gemarkeerde punt in pauze, terwijl
na bediening van de toets BOP onmiddellijk vanaf
de gemarkeerde plaats verder gespeeld wordt.
Door meerdere keren op de toets BOP te
drukken, kunnen stottereffecten worden gegene-
reerd. Het stottereffect is des te sterker, naarge-
lang het startpunt wordt gekozen (b. v. het begin
van een woord of inzettend instrument).
6) Indien met de toets CUE werd teruggesprongen
naar de gemarkeerde plaats, start u het afspelen
ofwel met de toets
ingedrukt te houden. Na loslaten van de toets
CUE staat de afspeeleenheid weer op de gemar-
keerde plaats in pauze.
Opmerking: Bij Afspelen van een individuele track
kan enkel binnen een track worden teruggekeerd.
5.9
Een bepaald fragment continu herhalen
U kunt een bepaald fragment van de CD continu
herhalen zo vaak u wenst (naadloze loop).
1) Start het afspelen met de toets
het startpunt van de gewenste loop is gevonden
(punt a in figuur 6), drukt u op toets A (22).
2) Wanneer tijdens het afspelen van de CD het
gewenste eindpunt van de loop is bereikt (punt
b), drukt u op toets B/LOOP (23). Het muziek-
fragment tussen de punten a en b wordt continu
herhaald. Op het display verschijnt de melding
"LOOP" (m).
5.9
Lectura de un bucle continuo
E
Un segmento dado en el CD puede repetirse tanto
como lo desea un bucle continuo perfecto.
1) Con la tecla
(21), conmute el lector en el
modo Lectura. Si el punto de arrancar del bucle
deseado está alcanzado (punto a, esquema 6),
pulse brevemente la tecla A (22).
2) Una vez la lectura lanzada, el final del bucle está
alcanzado (punto b), pulse la tecla B/LOOP (23).
El segmento entre los puntos a y b se repite en
continuo; en la pantalla "LOOP" (m) es visible.
1.
a
PLAY
PLAY
LOOP
Lectura de un bucle continuo
3) Para cerrar el bucle continuo y seguir la canción
normalmente, pulse la tecla RELOOP/EXIT (25)
(esquema 7). La pantalla "LOOP" se apaga. Se-
leccionando otra canción con la tecla +10 (20)
y/o la tecla
o
(11), el bucle está también
cerrado. Pero queda memorizado.
4) Para una nueva lectura del bucle, pulse la tecla
RELOOP/EXIT.
PLAY
LOOP
Fin de un bucle continuo y nueva activación
32
.
Een bepaald fragment continu herhalen
3) Om de loop te beëindigen en de track normaal
verder af te spelen, drukt u opnieuw op de toets
LOOP/EXIT (25) [figuur 7]. De melding "LOOP"
verdwijnt van het display. Door een andere track
te selecteren met de toets +10 (20) en/of de toets
ten. De loop blijft echter opgeslagen.
4) Om de naadloze loop opnieuw af te spelen, drukt
u op de toets RELOOP/EXIT.
ofwel door de toets CUE
De naadloze loop beëindigen en opnieuw activeren
Tips
a Tussen het begin- en eindpunt van een naadloze
loop moeten minstens 10 frames liggen (= 0,13
seconden), zo niet wordt de loop niet opgeslagen
(21). Wanneer
noch gestart.
b Het begin- en eindpunt van een naadloze loop kun-
nen tot op een frame (
worden vastgelegd:
1) Schakel het toestel bij het bereiken van het
Trucos:
a Entre el punto de arranque y el punto de llegada
de un bucle continuo, se necesita 10 frames
como mínimo (= 0,13 segundos) si no el bucle no
se memoriza y no arranca.
b El punto de arranque o el punto de llegada de un
bucle puede también definirse con precisión de
1 frame (
1) Cuando el punto de arranque está alcanzado,
2) Ir al punto de llegada con el botón FWD/REV
2.
b
3) Una vez el punto de llegada localizado con
c Para un bucle memorizado, los puntos de arran-
que y de llegada se pueden desplazar. Cuando el
nuevo punto está alanzado, pulse la tecla A o
B/LOOP; se puede efectuar dentro o fuera del
bucle ya existente. Para desplazar un punto
fuera del bucle memorizado, antes de todo salga
del bucle con la tecla RELOOP/EXIT (25).
d Para efectuar solo una vez el bucle, una vez el
punto de arranque definido con el botón A, pulse
la tecla RELOOP/EXIT al punto de llegada
deseado del bucle. Después una lectura del
bucle, puede reproducirse de nuevo una vez nada
más con la tecla RELOOP/EXIT (esquema 8).
c
Bucle para mantener únicamente un pasaje
1.
2.
a
b
PLAY
PLAY
LOOP
resp.
(11) wordt de loop eveneens verla-
PLAY
LOOP
/
seconde) nauwkeurig
1
75
beginpunt eerst met de toets
Zoek het punt met de draaiknop FWD/REV (17)
nauwkeurig op. Druk dan op de toets A (22).
1
/
segundos):
75
pase antes de todo en Pausa con la tecla
Vaya con precisión al lugar con el botón
FWD/REV (17) y pulse la tecla A (22).
o arranque antes de todo la lectura con la
tecla
; cuando el punto de llegada está
alcanzado, ponga el lector en Pausa con la
tecla
y utilice el botón FWD/REV para afi-
nar el punto de llegada.
precisión, pulse la tecla B/LOOP (23), el bucle
continuo arranca.
1.
2.
RELOOP
/EXIT
a
b
PLAY
PLAY
PLAY
1 x LOOP
2) Zoek nu ofwel het eindpunt manueel op met
de draaiknop FWD/REV of start eerst het af-
spelen met de toets
punt opnieuw in pauze met de toets
zoek dan het eindpunt nauwkeurig op met de
draaiknop FWD/REV.
3) Nadat het eindpunt precies is bepaald, drukt u
op de toets B/LOOP (23). De naadloze loop
wordt gestart.
c Begin- en eindpunt van een continu te herhalen
fragment dat is opgeslagen, kunnen ook worden
verschoven. Van zodra het nieuwe punt is be-
reikt, drukt u op de toets A resp. B/LOOP. Dit kan
binnen of buiten de huidige loop gebeuren. Om
een punt buiten de opgeslagen loop te bewegen,
moet de loop eerst worden verlaten met de toets
RELOOP/EXIT (25).
d Wenst u de loop slechts éénmaal af te spelen,
druk dan na vastleggen van het startpunt met
toets A op de toets RELOOP/ EXIT bij het gewen-
ste eindpunt van de loop. Na het afspelen van de
loop kan deze voortaan voor één cyclus met de
toets RELOOP/ EXIT opnieuw worden afge-
speeld (figuur 8).
c
1.
a
PLAY
De loop slechts één keer afspelen
5.10 Snelheid met of zonder verandering van
toonhoogte wijzigen/
aantal beats wijzigen
De afspeelsnelheid en bijgevolg het aantal beats per
in pauze.
minuut kunnen met behulp van de schuifregelaar
PITCH CONTROL (4) met max. ±16 % worden gewi-
jzigd.
5.10 Modificación de la velocidad con o sin
modificación de la altura tonal/
modificación de la cantidad de beats
La velocidad y entonces simultáneamente la cantidad
de beats por minuto pueden modificarse con el poten-
ciómetro PITCH CONTROL (4) de ±16 % máximo.
1) Pulse la tecla PITCH (15), el LED "8%" (16) brilla
(reglaje de base después de la puesta en mar-
cha), la zona de reglaje es ±8 %.
.
2) Si otra zona de reglaje es necesaria (±16 % para
una más grande modificación de la velocidad o
±4 % para un reglaje más preciso), pulse la tecla
PITCH cuanto sea necesario hasta que el LED
correspondiente brille (4 %, 8 %, 16 %).
3) Modifique la velocidad con el potenciómetro
PITCH CONTROL (4). En la pantalla, el desvío
en porcentaje (i) del valor regulado con el poten-
ciómetro con relación a la velocidad estándar
está indicada.
Si en la pantalla la cantidad de beats por
minuto está seleccionado con la tecla BPM/
PITCH (26), ["BEAT" (g) es visible], es posible
regular la cantidad deseada de beats por minuto
con el potenciómetro PITCH CONTROL.
4) Si la tecla MT (14) no está pulsada, la altura tonal
se modifica proporcionalmente a la velocidad. Si
la altura tonal debe a pesar de la modificación de
la velocidad, estar constante, pulse la tecla MT
(Master Tempo).
5) Para volver a la velocidad estándar, mantenga la
tecla PITCH (15) pulsado hasta que el LED co-
rrespondiente "4 %", "8 %" o "16 %" se apague
(2 segundos más o menos).
x.
RELOOP
5.11 Adaptación del ritmo entre dos canciones
/EXIT
Con las teclas PITCH BEND (27), puede adaptar el
ritmo de una canción en el lector 1 al ritmo de una
canción del lector 2 (sincronizado) o inverso.
1) Con la tecla PITCH (15), active el potenciómetro
PITCH CONTROL (4), seleccione la zona de
reglaje. El LED (16) del recorrido seleccionado
("4 %", "8 %" o "16 %") debe brillar.
, schakel bij het eind-
en
2.
x.
RELOOP
RELOOP
/EXIT
/EXIT
b
PLAY
PLAY
1 x LOOP