CardioFocus HeartLight X3 Manual De Instrucciones página 79

RAPID-modus
De ablatie gaat net zo lang door als de voetschakelaar ingedrukt blijft (max. 600 graden of
1 2/3 draaiing). Laat de voetschakelaar los wanneer het gewenste ablatiesegment is
voltooid. Om tijdens de energieafgifte het risico van gatvorming te voorkomen, mag de
groene richtbundel van de laser om de vijf seconden met ongeveer de helft van de breedte
van de groene richtbundel de vene in of uit (distaal of proximaal) worden bewogen. Dit doet
u met het schuifmechanisme in het handvat van de ballonkatheter.
 Opmerking: als de katheter een draaiing van 600 graden bereikt, wordt een foutbericht
weergegeven.
25. Aan het begin van elke energieafgifte en in RAPID-modus met regelmatige intervallen wordt
automatisch een momentopname gemaakt. Dit maakt het mogelijk om de overlayfunctie te gebruiken,
die kan worden gebruikt om opeenvolgende energieafgiften te helpen lokaliseren. Om de
overlayfunctie te gebruiken, dient u de instructies in de bedienings- en onderhoudshandleiding voor de
console op te volgen.
26. Observeer de richtbundel tijdens de energieafgifte. Als de stip er op enig moment vervormd uitziet,
moet de energieafgifte worden beëindigd en moet de ballonkatheter worden vervangen.
Opmerking: als de ballonkatheter wordt gedraaid en/of als de endoscoop ten opzichte

van de camera wordt gedraaid, moet met gebruikmaking van de positieregelaars voor de
momentopname-overlays de momentopname-overlay mogelijk worden verschoven of gedraaid
om de meest recent gemaakte momentopname goed over het livebeeld te laten passen.
27. Ga door met de ablatie in de doelvene totdat rondom een laesieset tot stand is gebracht.
28. Desgewenst kunt u de momentopnamen van de vene bekijken voordat u verdergaat met de volgende
vene aan de hand van de instructies in de bedienings- en onderhoudshandleiding voor de console.
29. Breng zo nodig meer laesies aan om rondom een laesieset tot stand te brengen.
30. Laat de ballon leeglopen en trek hem terug in de huls terwijl de punt van de ballonkatheter zich
voorbij de punt van de huls bevindt en voer de ballonkatheter naar de volgende vene pulmonalis.
Opmerking: het is belangrijk dat elke vene vóór energieafgifte en vóór het maken van

momentopnamen goed wordt gelabeld. De functie om de momentopname te bekijken, sorteert
de momentopnames aan de hand van de venenaam.
31. Herhaal stap 2 t/m 30 totdat alle venae pulmonales zijn behandeld.
32. Leeg de ballon terwijl u let op het endoscoopbeeld om te bepalen wanneer de ballon geheel is
geleegd. De ballon loopt in minder dan 60 seconden leeg. Wanneer de ballon helemaal leeg is, trekt u
hem terug in de huls en haalt u de ballonkatheter uit de huls.
33. Indien de arts dit nodig acht, moet na ablatie mapping worden uitgevoerd.
34. Als de endoscoop wordt klaargemaakt om opnieuw te worden gebruikt, verwijdert u de endoscoop
uit de ballonkatheter. Volg de instructies voor reiniging en sterilisatie van de endoscoop.
Trek de ballonkatheter recht
•
Koppel de luer los van de endoscoopfitting aan het achteruiteinde van het handvat van
•
de ballonkatheter
Trek de endoscoop voorzichtig uit de ballonkatheter
•
• Rol de endoscoop op in een lus met een diameter niet kleiner dan 15 cm (6 inch)
Gebruiksaanwijzing voor HeartLight X3-katheter
06-5511 REV A
Pagina 19
ECN-4541