Overzicht apparaataansluitingen
Apparaataansluitingen boven
Afb. 5: Overzicht apparaataansluitingen boven
A
Wifi-antenne
B
Stroomsensoren (J301)
C
Stroomsensoren (J300)
D
Stroomsensoren (J200)
E
Spanningsmeting (J400)
Apparaataansluitingen onder
Afb. 6: Overzicht apparaataansluitingen onder
A
USB
B
USB
C
ETH 0
D
Niet bezet
E
RS485/CAN (J1000)
F
Stroomvoorziening (J102)
G
Relais (J900)
H
Relais (J901)
Installatie en aansluiting
Installatie en aansluiting
Aansluiting op het lichtnet
Inbouwen van kabelstroomonderbrekers
De energiemanager beschikt niet over interne
zekeringen, wat betekent dat de ingangen van de
spanningsmeting, van de externe
spanningsvoorziening en van de relais door geschikte
zekeringen moet worden afgezekerd.
Er worden geen kabelstroomonderbrekers
meegeleverd. De onderbrekers moeten door een
elektromonteur worden ingebouwd.
– Als de energiemanager wordt ingezet, moeten
alle toevoerkabels met een
overspanningszekering worden uitgerust. Daarbij
moet erop worden gelet dat er zekeringen met
een geschikte triggerkarakteristiek worden
gekozen.
– Welke zekeringselementen worden gebruikt, is
afhankelijk van de onderdelen die in het
betreffende land in de handel verkrijgbaar zijn.
– Er moeten componenten worden gebruikt met de
laagst mogelijke triggerstroom en de kortst
mogelijke triggertijd.
Inbouwen van optionele verdeler voor
wandmontage
e Neem de installatiehandleiding voor de optionele
verdeler voor wandmontage in acht.
e Houd de maximaal toegestane kabellengte van
3,0 per stroomsensor in acht.
e Bevestig de verdeler tegen een wand.
e Controleer eerst of er kabels in de buurt van de te
boren bevestigingsgaten liggen.
DE
EN
FR
IT
ES
PT
NL
SV
FI
DA
NO
EL
CZ
HU
PL
HR
SR
SK
SL
ET
LT
LV
RO
BG
MK
97