2.1.4) Ingang "Fotocel F210S" (Wit + Zwart-wit) (Alleen voor de uitvoeringen NEOMAT-MA en NEOMAT-LA):
Op de ingang "Fotocel F210S" kunt u de specifieke fotocel F210S aansluiten die dient om eventuele obstakels te signaleren en de manoeu-
vre naar omlaag te beletten. Verdere informatie over de aansluitingen vindt u in de handleiding van de fotocel F210S.
Indien u de fotocellen F210S wilt toepassen, dient u eerst de zenders in het geheugen op te slaan voordat u de foto-
cellen gaat aansluiten
De ingangen Stap-voor-stap, TTBUS en F210S zijn alternatief aan elkaar omdat zij dezelfde draden Wit + Zwart-wit
gebruiken; er kan dus maar een soort ingang per keer gebruikt worden.
2.1.5) Klimaatsensoren (Zwart-wit + Oranje-wit):
Op de ingang "Klimaatsensoren" kunt u tussen de ingangen Gemeenschappelijk en de ingang Klimaatsensoren) een eenvoudige windsen-
sor (anemometer) aansluiten of een speciale wind-/zon-/regensensor. Eén sensor kan maximaal 5 besturingseenheden aansturen, waarbij
die parallel geschakeld worden; u dient de polariteit daarbij in acht te nemen: op alle motoren dient de draad Zwart-wit aangesloten te wor-
den met de Zwart-wit en de Oranje-wit met de Oranje-wit.
2.1.6) Ingang contactlijst met weerstand (Zwart/Wit + Oranje/Wit):
Het is mogelijk een contactlijst met weerstand (met een constante waarde van 8,2kΩ) aan te sluiten.
Voor programmering en werking in geval van inwerkingtreding van de contactlijst gelieve u paragraaf 4.3.3 te lezen
U kunt de ingangen van de klimaatsensoren en contactlijst niet tegelijk gebruiken, omdat ze dezelfde draden
Zwart/Wit + Oranje/Wit gebruiken; u kunt dus slechts een type ingang per keer gebruiken.
2.2) Richting uitgang kabel
(dit hoofdstuk heeft alleen betrekking op de uitvoering NEOMAT-LA).
Indien u de richting van de uitgang van de kabel zou willen verande-
ren, dient u als volgt te werk te gaan:
1. Trek de bescherming naar buiten weg.
2. Buig de kabel in de gewenste richting.
3. Breng de bescherming aan door ze krachtig op haar plaats te
duwen.
2.3) Stekker en netkabel
van de technische dienst bestemd).
Een beschadigde voedingskabel mag alleen door precies eenzelfde kabel vervangen worden; deze is bij de fabrikant
of het technisch servicecentrum verkrijgbaar.
Mocht het nodig zijn de motor los te koppelen van de voedingskabel, ga dan te werk als aangegeven op de volgende afbeeldingen:
Draai de ringmoer totdat de afge-
ronde hoek bij één van de tanden
staat en haak hem vervolgens
los.
3
(dit hoofdstuk heeft uitsluitend betrekking op de uitvoering NEOMAT MA en is alleen voor het personeel
Doe hetzelfde voor de andere
tand
Buig de kabel naar binnen en
verwijder de beveiliging door
hem voorzichtig naar buiten te
draaien
Trek de stekker naar buiten