4
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
LET OP! – Alle elektrische aansluitingen moeten worden uitgevoerd met de elektrische voeding uitgeschakeld. Verkeerde aan-
sluitingen kunnen schade aan apparatuur of letsel bij personen veroorzaken.
LET OP! – De werkzaamheden voor de aansluiting mogen uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
4.1 - Voorbereiding van de elektriciteitskabels voor de aansluiting van de inrichtingen op de be-
sturingseenheid (Tabel A)
Tabel A - Kenmerken van de elektriciteitskabels voor de aansluitingen
Aan te sluiten inrichting
VOEDING VOOR DE BESTURINGSEENHEID
KNIPPERLICHT MET RADIOANTENNE
INRICHTINGEN AANGESLOTEN OP DE
KLEMMEN 8-9-10-11-12-13
VOEDING VOOR DE MOTOR
(*1) – Als de voedingskabel langer dan 30 m is, is een kabel met een grotere doorsnede nodig, bv. 2 x 2,5 mm
(*2) – Deze 6 kabels kunnen worden vervangen door 1 enkele kabel van 6 x 0,5 mm
LET OP! – De gebruikte kabels moeten geschikt zijn voor het type omgeving waar de automatisering geïnstalleerd wordt.
4.2 - Lijst van de onderdelen waaruit de bestu-
ringseenheid bestaat
Om tijdens de opeenvolgende fasen van de aansluiting en de pro-
grammering van de besturingseenheid de in de tekst vermelde com-
ponenten te identificeren, kunt u afb. 2 en de bijbehorende legenda
raadplegen.
5 – Nederlands
Kabeldoorsnede
1 kabel: 2 x 1,5 mm
2
1 kabel: 2 x 1,5 mm
(voor het lampje)
2
1 afgeschermde kabel type RG58 (voor de antenne)
6 kabels: 1 x 0,5 mm
(*2)
2
3 kabels: 1 x 1,5 mm
2
A - Lijnzekering (6,3 A)
B - Connector voor de invoer van de IBT4N-interface
C - Led "OK"
D - Led "radio"
E - T2-knop voor de opslag van een zender en voor het wissen van een
zender of van het volledige geheugen van de besturingseenheid
F - T1-knop voor de programmering en voor het verzenden van de
"Stap-voor-stap"-instructies
G - DIP-switches voor de programmering van de functies
Maximale lengte van de kabel
30 m (*1)
20 m
20 m (aanbevolen lengte < 5 m)
50 m
10 m
.
2
.
2