Voorbeeld van afstoting voor stoffen die in water kunnen voorkomen
INORgaNISChE STOFFEN
Troebelheid (wazigheid)
Kleurenschaal
Kationen/metalen
Natrium
Kalium
Calcium (hardheid)
Aluminium
Ijzer
Mangaan
Kationen/zware metalen
Koper
Lood
Zink
Kwik
Cadmium
Chroom
Nikkel
anionen
Fluoride
Chloride
Nitraat
Sulfaat
* RO400B/RO400BC/RO400BCV
Het natrium en het chloride zijn niet gescheiden in de zelfde omvang wegens het hoge zoutgehalte.
uit de verPakkinG halen
•
Wanneer het apparaat tijdens het transport beschadigd is
geraakt, dient u het bedrijf dat verantwoordelijk is voor de
levering hier onmiddellijk van op de hoogte te stellen.
•
Haal de waterzuiveraar er voorzichtig uit door hem bij het
achterste handvat en de voorste hoek vast te pakken. De wa-
terzuiveraar kan beschadigd raken wanneer hij op een ander
wijze wordt opgetild.
•
Controleer de waterzuiveraar op beschadigingen en contro-
leer of er geen accessoires ontbreken. Breng de leverancier
onmiddellijk op de hoogte van eventuele beschadigingen,
gebreken of ontbrekende onderdelen.
•
Laat verpakkingsmateriaal nooit slingeren, zodat kinderen er
niet mee kunnen gaan spelen.
teChnisChe GeGevens
ORgaNISChE STOFFEN
%
Koolwaterstof
>99
>99
Heptaan, octaan, decaan enz
Benzeen, tolueen, xyleen,
ethyl benzeen enz.
>96
>9*
Dieselolie
>97
Polyaromatische koolwaterstoffen
>99
>99
Pah
>99
Chloreerde koolwaterstoffen
>99
Samenstellingen die kunnen worden
gevormd wanneer water is gechloreerd
>99
Trihalomethaan (thm)
>99
Trichloromethaan
>99
Broomdichloromethaan,
>99
dibroomchloromethaan,
>99
Tribroommethaan
>98
Pesticiden
>99
PCB
mICRO-ORgaNISmEN
>99
Heterptrpfe bacteriën
>98
>95*
Coliforme bacteriën/E.Coli
>97
>97
installatie
de Waterzuiveraar Plaatsen
Denk om het volgende wanneer u de waterzuiveraar installeert:
NL1
•
De zuiveraar dient rechtop te worden geïnstalleerd, zonder
steun, op een horizontaal oppervlak dat het apparaat kan
dragen.
•
De ruimte moet zich in de buurt van een koudwatervoorzie-
ning, drainage en een geaarde stroomvoorziening bevinden.
•
Het controlepaneel moet goed zichtbaar zijn.
•
Het moet mogelijk zijn om de voorklep te openen, zodat de
filterhouders toegankelijk zijn.
•
De waterzuiveraar moet worden geïnstalleerd met ruimte
tussen nabijgelegen fittingen of muren om voor een goede
ventilatie rondom het apparaat te zorgen.
•
Aansluitingen kunnen in iedere richting van het aanslui-
tingspunt worden geleid. Controleer of de aansluitingen niet
vastgeklemd of beschadigd zijn. Slangen en kabels mogen
niet gespannen zijn. De afmetingen van de ruimte die nodig
zijn voor de waterzuiveraar worden gespecificeerd in
FIG. 7.
%
>98
>99
>99
>99
>99
>60
>99
>99
>99
>99