MCS T6, MCS T12, MCS T16
8.10.4
Installatie van de zeewaterinstallatie
➤ Installeer de zeewater-Speed-Scoop-inlaat zo ver mogelijk onder de
waterlijn en zo dicht mogelijk bij de kiel. De inlaat moet hierbij vooruit
zijn gericht.
Op deze wijze blijft de inlaat in het water, als de boot krengt zodat geen
water in het systeem kan dringen.
➤ Dicht de Scoop-inlaat voor gebruik op boten af met een speciaal afdichtmid-
del voor gebruik onder water.
➤ Draag het afdichtmiddel aan beide zijden en door de opening ruim op.
➤ Installeer de volstroomzeeklep van brons op de Speed-Scoop-rompinlaat.
➤ Installeer het zeewaterzeeffilter onder het pompniveau met toegang tot het
filter.
➤ Verbind de zeeklep en het zeeffilter omlaag verlopend met een gewapende
5/8" (16 mm) slang die bedoeld is voor gebruik op boten.
➤ Monteer de zeewaterpomp veilig boven het zeeffilter, minstens 300 mm
onder het wateroppervlak.
➤ Monteer de airco door bevestigen van de basiskuip op een vlak, horizontaal
oppervlak met de montageklemmen en 4 schroeven.
De basiskuip dient ook als condensaatkuip.
➤ Sluit de uitlaat van de pomp (boven) aan op de inlaat van de condensator-
spoel van de airco (onder) met een gewapende 5/8" (16 mm) slang die
geschikt is voor gebruik op boten.
➤ Installeer de rompaansluiting voor de buitenboord-uitlaat.
➤ Verbind de uitlaat van de condensatorspoel met de rompaansluiting van de
buitenboord-uitlaat middels een gewapende 5/8" (16 mm) slang die
geschikt is voor gebruik op boten.
➤ Sluit alle metalen delen die met zeewater in contact komen aan op het aan-
sluitsysteem van de boot. Hiertoe behoren:
– de Speed-Scoop-inlaat,
– pomp (aardleiding van de kabelboom),
– de airco.
NL
Installatie
167