onderhoudswerkzaamheden en werkzaamheden die door
de handleiding toegestaan worden aan de gebruiker, die
vakbekwaam en bekend is met het product.
" Bediener " : Persoon of dienst die het product conform de
bestemming ervan gebruikt.
" Persoonlijke Beschermingsmiddelen " : Persoonlijke
beschermingsmiddelen tegen vallen van grote hoogte.
" Connector " : Bevestigingselement tussen onderdelen
van een valstopsysteem. Het is conform aan de norm
NL
EN 362.
" Harnasgordel " :
bestemd voor het stoppen van een val. Het bestaat uit
riemen en gespen. Het bevat bevestigingspunten voor
het opvangen van een val die gemarkeerd zijn met een A
wanneer ze alleen kunnen worden gebruikt, of gemarkeerd
zijn met een A/2 wanneer ze gebruikt dienen te worden in
combinatie met een ander punt A/2. Het is conform aan
de norm EN 361.
" Lijn " : Element of soepel verbindingselement van een
persoonlijk
beschermingssysteem
tenminste twee afgewerkte uiteinden heeft.
" Maximale gebruiksbelasting " : Maximale massa van
de gebruiker die aangekleed is, uitgerust is met zijn
persoonlijke beschermingsmiddelen, zijn werkkleding, zijn
gereedschap en de onderdelen die hij of zij nodig heeft om
zijn reparatie of installatie uit te voeren.
" Valstopsysteem " : Een geheel dat uit de volgende
elementen bestaat:
- Harnasgordel
- Valbeveiliger met automatische lijnspanner of valdemper
of mobiele valstop op onbuigzame ankerlijn of mobiele
valstop op fl exibele ankerlijn.
- Verankering.
- Verbindingselement.
" Element van het valstopsysteem " : Generieke term die
één van de volgende elementen omschrijft:
- Harnasgordel
- Valbeveiliger met automatische lijnspanner of valdemper
of mobiele valstop op onbuigzame ankerlijn of mobiele
valstop op fl exibele ankerlijn.
- Verankering.
- Verbindingselement.
2.2 Pictogrammen
GEVAAR:
Deze is geplaatst aan het begin van een lijn, en geeft
instructies die ervoor bestemd zijn om blessures, in
het bijzonder dodelijke verwondingen, zware of lichte
verwondingen, alsook schade aan het milieu te voorkomen.
BELANGRIJK:
Deze is geplaatst aan het begin van een lijn, en geeft
instructies die ervoor bestemd zijn om storing of schade
aan uitrustingen te vermijden, die niet direct het leven of de
gezondheid van de bediener of die van andere personen
direct in gevaar brengen, en/of die waarschijnlijk geen
schade aan het milieu zullen veroorzaken.
18
Opvangsysteem
van
het
tegen
vallen
OPMERKING:
Deze is geplaatst aan het begin van een lijn, en geeft
instructies die ervoor bestemd zijn de doeltreffendheid
of het comfort van een installatie, van het gebruik of van
onderhoudswerkzaamheden te verzekeren.
Inspectie voor gebruik
• Visuele controle van de staat van de lijn, de naden en/of
kabelverbindingen. Het koord, de riem, de naden mogen
lichaam
geen sporen van schuren, uiteenrafelen, verbrandingen
of breuken presenteren. In geval van twijfel haalt u
onmiddellijk het product weg.
• Controleer de staat van de onderdelen die verbonden zijn
met het harnas en de connectors.
• Controleer het volledige valstopsysteem.
4. Functies en omschrijving
4. Functies en omschrijving
die
• Een lijn kan gemaakt zijn als een hijstouw, van
ineengedraaid koord of als riem. De lijn als band kan van
een vaste lengte zijn (lijn) of van een variabele lengte zijn
(elastische lijn). De elastische functie maakt het mogelijk
de lengte van de lijn te verkorten wanneer deze niet onder
spanning wordt gebracht door de bediener en vermijdt
zo hinder bij verplaatsingen. De lengte van de lijn van
elastiek wordt bepaald onder een lading van 5 kg.
• Wanneer een lijn gecombineerd wordt met een
valdemper:
- De totale lengte van de lijn inclusief een valdemper,
twee afgewerkte uiteinden en twee connectors mag
niet langer zijn dan 2 m.
- De verbinding tussen de lijn en de valdemper moet
gemaakt worden met behulp van een connector EN 362.
- Wanneer de lijn dubbel is en geen valdemper bezit,
verbindt u de valdemper aan de harnasgordel en de
lijn aan het verankeringspunt.
- Niet 2 lijnen met elkaar verbinden die ieder een
valdemper hebben die parallel loopt tussen een
verankeringspunt en de harnasgordel.
- Neem alle noodzakelijke maatregelen om de val
op de scherpe kant te vermijden wanneer de lijn
horizontaal wordt gebruikt. Maar wanneer er na
analyse een risico bestaat dient u een bescherming
op de scherpe kant te plaatsen.
• De enkelvoudige lijnen zonder energie-absorber (afb. 2,
bladzijde 2), of gebiedbegrenzingslijnen zijn geen
valbeschermende lijnen, ze mogen bijgevolg niet als
valbeveiligingssysteem worden gebruikt. Ze dienen om
valrisico te voorkomen door de gebruiker de toegang
tot risicozones te ontzeggen (afb. Zij dienen om een
verankeringspunt te creëren of omlaag te brengen.
Specifi eke lijnen:
• De Optionele riem RL (ref. 032872 – afb. 2.b, pagina 2) is
een verlenger die geïnstalleerd is op het verankeringspunt
op de rug van het harnasgordel (afb. 6, pagina 4). Dit
element is ingevoegd tussen het verankeringspunt van
het harnasgordel en de valbescherming. Het heeft als
doel de verbinding tussen de twee elementen van het
valbeveiligingssysteem te vereenvoudigen.
3. Gebruiksvoorwaarden
3. Gebruiksvoorwaarden