Draag het apparaat niet in uw achterzak of om uw middel
• Het apparaat kan beschadigd raken, ontploffen of brand
veroorzaken als het onder te veel druk komt te staan.
• U kunt letsel oplopen als iemand tegen u aan stoot of als u valt.
Laat het apparaat niet vallen en zorg dat het nergens hard
tegenaan stoot
• Dit kan uw apparaat of de batterij beschadigen, ervoor zorgen
dat het apparaat niet correct functioneert of de levensduur
verkorten.
• Dit kan ook oververhitting, ontbranding, brand of andere
gevaren veroorzaken.
Ga zorgvuldig om met het apparaat en de oplader en gooi
deze weg volgens de geldende voorschriften
• Gooi de batterij of het apparaat nooit in het vuur. Plaats de
batterij of het apparaat nooit op of in verwarmingsapparaten,
zoals magnetrons, ovens of radiatoren. Het apparaat kan
ontploffen als het oververhit raakt. Volg alle lokale voorschriften
wanneer u gebruikte batterijen of apparaten wilt weggooien.
• U mag het apparaat nooit samenpersen of doorboren.
• Stel het apparaat niet bloot aan hoge externe druk, omdat dit
kan leiden tot een interne kortsluiting en oververhitting.
Voorkom dat het apparaat, de batterij of de oplader
beschadigd raakt
• Stel het apparaat en de batterij niet bloot aan zeer lage of zeer
hoge temperaturen.
• Extreme temperaturen kunnen het apparaat beschadigen en de
oplaadcapaciteit en levensduur van het apparaat en de batterij
verminderen.
• Gebruik nooit een beschadigde oplader of batterij.
• Gebruik geen kabel waarvan het omhulsel is afgetrokken of
beschadigd en gebruik geen oplader of batterij die beschadigd
of defect is.
Nederlands
206