2 Inschakelen
Druk eenmaal op de aan/uit-knop.
De achtergrondverlichting gaat
aan en de opstartprocedure
begint.
NB: Vergeet niet de beschermdop
van de scanner te verwijderen,
voordat u een meting uitvoert.
Wanneer de thermometer gereed is en correct geplaatst, wordt op het scherm een horizontale
streepjeslijn ("---") weergegeven.
3. Plaatsing
Plaats de thermometer op het midden van het
voorhoofd of op maximaal 5 cm afstand ervan, tussen
de wenkbrauwen.
Bij metingen zonder huidcontact helpt het gele
richtlampje u te zien waar u op richt. Als het
wenkbrauwgedeelte bedekt is met haar, zweet of vuil,
maak het dan eerst schoon zodat de meting
nauwkeurig is. Het is van belang dat de thermometer
en het voorhoofd tijdens de meting stil worden
gehouden. Beweging beïnvloedt de
temperatuurmeting.
De temperatuurwaarden kunnen variëren bij
verkeerde plaatsing
4. Temperatuur opnemen
Druk op de temperatuurknop (u kunt de knop kort indrukken of deze
langere tijd ingedrukt houden). Wanneer de thermometer correct geplaatst
is, wordt op het scherm een animatie van een horizontale streepjeslijn
weergegeven terwijl er een meting wordt uitgevoerd. Na de reeks
animatiebeelden (korter dan 2 seconden) toont het display de gemeten
temperatuur. Op het scherm wordt de toepasselijke kleur licht
weergegeven en er klinkt een bevestigingspieptoon.
Als de thermometer te ver van het
voorhoofd wordt gehouden, krijgt
u via een diagram en de melding
"0-5 cm" op het display het
verzoek om deze dichter naar het
voorhoofd toe te brengen.
Beweeg de thermometer
langzaam in de richting van het hoofd, totdat de animatie met de horizontale lijn verschijnt en
de gemeten temperatuur wordt weergegeven.
82
0 - 5 cm
0-5 cm
(
)
0 - 3"
0-5 cm
5. Temperatuur aflezen
Neem de thermometer weg en lees de temperatuur af. Bij
een lage (geen achtergrondlicht) en aanvaardbare (groen
achtergrondlicht) temperatuur klinkt er gedurende 2
seconden één lange pieptoon. Bij een verhoogde
temperatuur (geel achtergrondlicht) en mogelijk hoge
koorts (rood achtergrondlicht) klinken er 10 korte pieptonen.
Herhalen
Ga naar stap 3.
6. Uitschakelen
U schakelt de thermometer uit door op de aan/uit-knop te drukken. Als het apparaat 60 seconden
lang niet wordt gebruikt, schakelt het automatisch uit.
Tips voor het opnemen van de temperatuur
Het is belangrijk dat bekend is wat iemands normale temperatuur is in gezonde toestand. Alleen op die
manier kan koorts nauwkeurig worden vastgesteld. Voer meerdere temperatuurmetingen uit wanneer
iemand gezond is, om zijn/haar normale temperatuur te bepalen.
De normale temperatuur van een kind kan maar liefst 37,7 °C (99,9 °F) zijn of slechts 36,1 °C (97,0 °F). Let
op: De met dit apparaat gemeten waarde is 0,5 °C (0,9 °F) lager dan bij een rectale digitale meting.
Patiënten moeten zich 30 minuten binnenshuis bevinden voordat hun temperatuur wordt
gemeten.
NB: Patiënt en thermometer moeten zich minstens 10 minuten in dezelfde
omgevingstemperatuur bevinden.
Houd thermometer en voorhoofd altijd stil bij het meten. Beweeg de thermometer niet tot u de laatste
pieptoon hoort. Voer geen meting uit tijdens of direct na het geven van borstvoeding aan een baby.
De patiënt mag voor of tijdens het uitvoeren van de meting niet drinken, eten of lichamelijk
actief zijn. Doe hoofddeksels af en wacht 10 minuten voordat u gaat meten.
Veeg eventueel vuil of haar van het voorhoofd voordat u een meting uitvoert. Wacht na het
schoonmaken 10 minuten met het uitvoeren van een meting.
Neem de temperatuur altijd precies volgens de instructies op. De meetwaarde kan verschillen als de
temperatuur op de verkeerde plaats is genomen.
Patiënten die hun eigen temperatuur meten, worden aangeraden de optie "met huidcontact" in plaats
van de optie "zonder huidcontact" te gebruiken.
Onder onderstaande omstandigheden wordt geadviseerd drie metingen op dezelfde plaats uit te
voeren en uit te gaan van de hoogste waarde:
•
Bij pasgeborenen tijdens de eerste 100 dagen.
•
Bij kinderen jonger dan 3 jaar met een verminderd afweersysteem en bij wie aan- of
afwezigheid van koorts van belang is.
(
)
0 - 3"
Nederlands
Rood
Hoge koorts
Geel
Koorts
Groen
Normaal
83