9.15. Afspeelvolgorde programmeren
Met de programmafunctie kunt u uw eigen muziekprogramma samenstellen door
alleen bepaalde nummers te selecteren voor het afspelen. De volgorde waarin de
nummers worden afgespeeld, kunt u hierbij zelf bepalen. Ga als volgt te werk:
Stop het afspelen met .
Druk op de toets PROG. In de display wordt de programmaplaats P01 weerge-
geven.
Kies nu een nummer met
Het geselecteerde nummer wordt met Txxx aangeduid, het aantal gebruikte ge-
heugenplaatsen wordt met Pxx aangeduid.
Druk op de toets PROG en sla op dezelfde manier andere nummers op.
Als u alle gewenste nummers hebt toegevoegd, start u het afspelen van uw mu-
ziekprogramma met .
Druk twee keer op om de geprogrammeerde volgorde te wissen.
9.16. Herhaling
Druk een of meerdere keren op de toets REPEAT om naar de herhaalmodi te
gaan. Er worden drie modi ondersteund:
– Eén nummer herhalen (RPT ONE verschijnt in de display),
– Huidig album herhalen (RPT ALB verschijnt in de display).
– Alle nummers herhalen (RPT ALL verschijnt in de display).
– Terug naar de normale weergave (RPT OFF).
Als er een afspeelvolgorde is geprogrammeerd (zie het vorige hoofdstuk), is het al-
leen mogelijk om één enkel nummer of alle nummers te herhalen.
9.17. Afspelen in willekeurige volgorde / Intro / A-B
9.17.1. Afspelen in willekeurige volgorde
Druk op de toets SHUFFLE om willekeurig afspelen in/uit te schakelen. SHUF-
FLE of SHUF OFF wordt in de display weergegeven.
9.17.2. Intro
Druk op de toets INTRO om de nummers gedurende enkele seconden na el-
kaar af te spelen. In de display verschijnt INTR ON.
Druk opnieuw op de toets om de functie uit te schakelen. INTR OFF wordt
weergegeven.
of .
DE
EN
FR
ES
IT
NL
209