8.1. Aansluiting op de netvoeding
Sluit het netsnoer aan.
Steek het vlakke uiteinde van het snoer in
de AC ~-connector en het andere uitein-
de in een volgens de voorschriften geïn-
stalleerd, goed bereikbaar geaard stopcon-
tact van 220-240 V ~ 50/60 Hz.
8.2. Aansluiting van de
antenne
Voor de radio-ontvangst moet u een anten-
nekabel aansluiten op de ANT.-connector
op het apparaat.
•
Er wordt een draadantenne meegeleverd.
Sluit de draadantenne aan en richt deze
zodanig dat de ontvangst optimaal is.
•
In plaats hiervan kunt u ook een muuran-
tennekabel gebruiken die u in de betref-
fende aansluiting in de muur steekt.
202