6 . A L G E M E N E A A N W I J Z I N G E N B I J D E
6.6. Mogelijke storingen
Mocht het apparaat na aansluiting van de stroom niet probleemloos werken, contro-
leer de Heteluchtgenerator dan met behulp van de aanwijzingen in de volgende tabel:
Probleem
Er wordt geen aerosol
gevormd.
Ventielballon vult zich
niet.
Plantendeeltjes in de
Ventielballon of Slang (bij
gebruik van plantaardig
materiaal).
Inwerkingstelling van
de verwarming of de
pump niet mogelijk en
het display toont geen
netvoeding.
V O L C A N O H Y B R I D
Mogelijke oorzaken/Oplossing
Controleer of de ingestelde en de feitelijke tempera-
tuur overeenkomen (min. 180°C).
Controleer of Vulkamer en/of Ventielballon of Slang
correct is geplaatst.
Controleer of er essence (aromatische oliën) op het
Druppelkussen is gevallen c.q. of er zich verse, onge-
bruikte plantenmateriaal in de Vulkamer bevindt.
Controleer of de pomp aanstaat.
Controleer of Vulkamer en/of Ventielballon correct
zijn bevestigd.
Vulkamer met Deksel reinigen en controleren of de
Zeef in het Vulkamerdeksel verstopt is of dat deze
onjuist in de daarvoor bestemde gleuf is geplaatst.
Controleer of de Vulkamer volgens de Gebruiksaan-
wijzing gereinigd is.
Verifieer of de stroom niet is uitgevallen en dat de
zekering (in de zekeringkast) werkt c.q. niet defect is.
Netkabelverbinding aan de kant van het apparaat en
het stopcontact controleren.
Als de Heteluchtgenerator dan nog niet werkt, kan
het zo zijn dat de interne zekeringen van het apparaat
doorgebrand zijn. In dit geval dient u de Heteluchtge-
nerator naar onze Service Center te sturen.
272