Voordat de werkplek wordt betreden
WAARSCHUWING
Voorafgaand aan veiligheidsrelevante metingen de kalibratie controleren en
eventueel afstellen en alle alarmelementen controleren. Een functietest
(bumptest) moet volgens de nationale regelingen worden uitgevoerd. Foutieve
kalibratie kan leiden tot verkeerde meetresultaten, waardoor tevens zware
schade voor de gezondheid kan worden veroorzaakt.
Apparaat inschakelen, de huidige meetwaarden worden op het display
weergegeven.
Let op een waarschuwing »
« resp. storing »
Het apparaat kan normaal worden gebruikt. Indien de waarschuwing
niet tijdens het gebruik vanzelf verdwijnt, moet het apparaat na afloop
van de gebruiksduur worden onderhouden.
Het apparaat is niet meetklaar en moet worden onderhouden.
Controleer of de gastoevoeropening van het apparaat niet is afgesloten en/
of vervuild..
Tijdens het gebruik
–
Tijdens het gebruik worden de meetwaarden voor elk meetgas
weergegeven.
–
Als een meetbereik wordt over- of onderschreden, verschijnt in plaats van
de meetwaarde de volgende melding:
»
«
(Meetbereikoverschrijding) of
»
«
(Meetbereikonderschrijding).
–
Hoge gasconcentraties kunnen samengaan met een O
–
Wanneer een alarmsignaal is gegeven, worden de betreffende meldingen,
het optische-, het akoestische- en het vibratiealarm geactiveerd. Zie
hoofdstuk "Alarmsignalen herkennen".
–
Na een kortstondige meetbereikoverschrijding van de EC-meetkanalen (tot
maximaal een uur) is controle van de meetkanalen niet nodig.
WAARSCHUWING
Bij gebruik van een IR-sensor in de Dräger X-am 5600 moet na een
stootbelasting die tot een van nul afwijkende weergave van verse lucht leidt,
een afstelling van nulpunt en gevoeligheid worden uitgevoerd.
Alarmsignalen herkennen
Het alarm wordt optisch, akoestisch en door vibratie in het aangegeven ritme
weergegeven.
Concentratie-vooralarm A1
Onderbroken alarmmelding:
Afwisselende weergave van » A1 « en de meetwaarde.
Niet voor O
Het vooralarm A1 is niet zelfhoudend en verdwijnt als de concentratie is gedaald
«.
tot onder de alarmgrens A1.
Bij A1 klinkt een enkele toon en de alarm-LED knippert.
Bij A2 klinkt een dubbele toon en de alarm-LED knippert dubbel.
Vooralarm bevestigen:
[ OK ]-toets indrukken, alleen het akoestische alarm en het vibratiealarm
worden uitgeschakeld.
Concentratie-hoofdalarm A2
Onderbroken alarmmelding:
Afwisselende weergave van » A2 « en de meetwaarde.
Voor O
Levensgevaar! De locatie direct verlaten.
Een hoofdalarm is zelfhoudend en kan niet worden bevestigd.
-tekort.
2
Pas na het verlaten van de plaats, wanneer de concentratie is gedaald tot onder
de alarmgrens:
[ OK ]-toets indrukken, de alarmmeldingen worden uitgeschakeld.
!
2
: A1 = zuurstoftekort,
2
A2 = zuurstofoverschrijding.
WAARSCHUWING
77