9. Bereken de waarde R.
▶ De waarde R moet kleiner dan 3 mm zijn (dat
komt overeen met 3 mm op 10 m).
▶ De waarde R moet kleiner dan 1/8" zijn.
7.1.2
Nivellering van de laserstraal controleren
1. De afstand tussen de wanden moet minstens 10 m bedragen.
2. Zet het apparaat op een vlak en horizontaal oppervlak, circa 20 cm van de muur (A), en richt het snijpunt
van de laserlijnen op de muur (A).
3. Markeer het snijpunt van de laserlijnen met een kruis (1) op de muur (A) en een kruis (2) op de muur (B).
4. Zet het apparaat op een vlak en horizontaal oppervlak, circa 20 cm van de muur (B), en richt het snijpunt
van de laserlijnen op het kruis (1) op de muur (A).
5. Stel de hoogte van het snijpunt van de laserlijnen met de verstelbare voeten zodanig in, dat het snijpunt
samenvalt met de markering (2) op de muur (B). Zorg ervoor dat de libel in het midden staat.
6. Markeer het snijpunt van de laserlijnen opnieuw met een kruis (3) op de muur (A).
7. Meet de afwijking D tussen de kruisen (1) en (3) op de muur (A) (RL = lengte van het vertrek).
56
Nederlands
2394965
*2394965*