Alleen Duct-Mount-gasdetectoren:
De contramoeren (1) losdraaien.
3. Voedingsspanning inschakelen.
Transmitter en bijbehorende ontvanger van een gaswaarschuwingssysteem moeten op hetzelfde communicatiekanaal
worden ingesteld. Als meerdere gaswaarschuwingssystemen met transmitters die naastgelegen ontvangers kunnen storen
worden gemonteerd, moet voor ieder gaswaarschuwingssysteem een ander kanaal worden gekozen. Dräger adviseert
bovendien om transmitter en ontvanger van een gaswaarschuwingssysteem tegengesteld aan transmitter en ontvanger van
een ander gaswaarschuwingssysteem te installeren.
Op de ontvangers zijn de kanalen 0 - 11 beschikbaar.
Als de transmitter TX S wordt gebruikt, moeten de kanalen 0 tot 7 worden gebruikt. Als de transmitter TX L wordt gebruikt,
moeten de kanalen 8 tot 11 worden gebruikt.
4. Het communicatiekanaal op de transmitter instellen:
a. Pulsar Interface Adapter op de communicatieaansluiting aansluiten en de communicatiemodus inschakelen.
®
b. HART
-handbedieningsapparaat op de Pulsar Interface Adapter aansluiten.
®
c. Op het HART
-handbedieningsapparaat de communicatie via de Device Description opbouwen.
d. In het hoofdmenu 3 / Device Info & Config selecteren.
e. In het menu 3 / Device Info & Config het punt 1 Channel selecteren.
f. Het communicatiekanaal invoeren.
g. Configuratiewijziging naar transmitter verzenden.
®
h. HART
-toepassing beëindigen.
5. Hetzelfde communicatiekanaal op de ontvanger instellen.
a. Pulsar Interface Adapter op de communicatieaansluiting aansluiten en de communicatiemodus inschakelen.
®
b. HART
-handbedieningsapparaat op de Pulsar Interface Adapter aansluiten.
®
c. Op het HART
-handbedieningsapparaat de communicatie via de Device Description opbouwen.
d. In het hoofdmenu 4 / Meas. Config selecteren.
e. In het menu 4 / Meas. Config het punt 1 Channel selecteren.
f. Het communicatiekanaal invoeren.
g. Configuratiewijziging naar ontvanger verzenden.
1
1
1
Gebruik
nl
05300114_33451
223