Veiligheidsinstructies
Bij het werken met kettingzagen bestaat een heel
hoge kans op letsel omdat met hoge kettingsnelhe-
den en heel scherpe zaagtanden gewerkt wordt.
Neem absoluut de veiligheidsmaatregelen en ge-
dragsregels voor het werken met kettingzagen in
acht.
Aanvullend op de genoemde veiligheidsinstructies
moeten de landspecifieke veiligheids- en opleidings-
voorschriften (bijv. van overheden, beroepsverenigin-
gen of sociale ziekenfondsen) in acht genomen worden.
Het gebruik van kettingzagen kan door plaatselijke ver-
ordeningen in de tijd begrensd zijn (dag of jaar). Neem
de plaatselijke voorschriften in acht.
Gevarenniveaus
GEVAAR
● Aanwijzing voor direct dreigend gevaar dat tot zware
of dodelijke verwondingen leidt.
WAARSCHUWING
● Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die
tot zware of dodelijke verwondingen kan leiden.
VOORZICHTIG
● Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die
tot lichte verwondingen kan leiden.
LET OP
● Aanwijzing voor een mogelijk gevaarlijke situatie die
tot materiële schade kan leiden.
Algemene veiligheidsinstructies elektrische
gereedschappen
WAARSCHUWING
● Lees alle veiligheidsinstructies en instructies.
Veronachtzaming van de veiligheidsinstructies en in-
structies kunnen elektrische schokken en/of zware
verwondingen veroorzaken. Bewaar alle veilig-
heidsinstructies en instructies voor later gebruik.
Het in de veiligheidsinstructies gebruikte begrip "elek-
trisch gereedschap" heeft betrekking op elektrisch ge-
reedschap met netsnoer en elektrisch gereedschap met
accu's (zonder netsnoer).
1
Veiligheid van de werkplek
a Houd uw werkbereik schoon en goed geventi-
leerd. Wanorde of onverlichte werkbereiken kun-
nen ongevallen veroorzaken.
b Werk met het elektrische gereedschap niet in
een explosieve omgeving, waarin zich brand-
bare vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden.
Elektrische gereedschappen veroorzaken von-
ken, waardoor het stof of de dampen kunnen ont-
vlammen.
c Houd kinderen en andere personen tijdens
het gebruik van het elektrische gereedschap
buiten bereik. Bij afleiding kunt u de controle
over het apparaat verliezen.
2
Elektrische veiligheid
a De aansluitstekker van het elektrische ge-
reedschap moet in het stopcontact passen.
De stekker mag op geen enkele manier veran-
derd worden. Gebruik geen adapterstekkers
samen met elektrische gereedschappen die
over randaarding beschikken. Onveranderde
stekkers en passende stopcontacten verminde-
ren de kans op een elektrische schok.
b Vermijd lichamelijk contact met geaarde op-
pervlakken zoals van buizen, verwarmingen,
52
ovens en koelkasten. Er bestaat verhoogde
kans op een elektrische schok als uw lichaam ge-
aard is.
c Houd elektrische gereedschappen uit de
buurt van regen en vocht. Het indringen van
water in een elektrisch gereedschap verhoogt de
kans op een elektrische schok.
d Gebruik de kabel niet voor andere doelein-
den, bijv. om het elektrische gereedschap te
dragen of op te hangen of om de stekker uit
het stopcontact te trekken. Houd de kabel uit
de buurt van hitte, olie, scherpe randen of be-
wegende apparaatonderdelen. Beschadigde of
in elkaar gewikkelde aansluitkabels verhogen de
kans op een elektrische schok.
e Als u met een elektrisch gereedschap in de
open lucht werkt, gebruik dan alleen verleng-
snoeren die ook voor buiten geschikt zijn. Het
gebruik van een voor buiten geschikt verleng-
snoer vermindert de kans op een elektrische
schok.
f Als het gebruik van het elektrische gereed-
schap in vochtige omgeving niet te vermijden
is, gebruik dan een aardlekschakelaar. Het ge-
bruik van een aardlekschakelaar vermindert de
kans op een elektrische schok.
3
Veiligheid van personen
a Wees aandachtig, let op wat u doet en ga ver-
standig te werk met een elektrisch gereed-
schap. Gebruik geen elektrisch gereedschap
als u moe bent of onder invloed staat van
drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van
onachtzaamheid bij het gebruik van het elektri-
sche gereedschap kan tot ernstig letsel leiden.
b Draag een persoonlijke veiligheidsuitrusting
en altijd een veiligheidsbril. Het dragen van
een persoonlijke veiligheidsuitrusting, zoals stof-
masker, slipvaste veiligheidsschoenen, veilig-
heidshelm of gehoorbescherming, vermindert
afhankelijk van het soort en het gebruik van het
elektrische gereedschap de kans op letsels.
c Vermijd een onbedoelde inbedrijfstelling.
Controleer of het elektrisch gereedschap uit-
geschakeld is, voordat u het op de stroom-
voorziening en/of de accu aansluit, optilt of
draagt. Als u bij het dragen van het elektrisch ge-
reedschap uw vinger op de schakelaar hebt of
het apparaat in ingeschakelde toestand op de
schakelaar aansluit, kan dit tot ongevallen leiden.
d Verwijder instelgereedschappen of schroef-
sleutels, voordat u het elektrische gereed-
schap inschakelt. Gereedschappen of sleutels
die zich in een draaiend apparaatonderdeel be-
vinden, kunnen tot verwondingen leiden.
e Vermijd een abnormale lichaamshouding.
Zorg voor stabiliteit en blijf altijd in evenwicht.
Daardoor kunt u het elektrische gereedschap in
onverwachte situaties beter controleren.
f Draag geschikte kleding. Draag geen wijde
kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende
onderdelen. Losse kleding, handschoenen, sie-
raden of lang haar kunnen vast komen te zitten in
bewegende delen.
g Als stofafzuig- en opvanginrichtingen ge-
monteerd kunnen worden, controleer dan of
deze aangesloten zijn en juist gebruikt wor-
Nederlands