Verwijder het luchtfilterelement, reinig het in warm water
■
met een mild schoonmaakmiddel (sop) en laat het
vervolgens goed drogen. Zet het element weer terug en
volg de lijnen op de afbeelding. (Zie Afb. 7-!2 )
y Lijn (schuine streep)
u Element (de stippellijn)
Veeg eventueel met een doek olie en vuil weg van de
■
omgeving van de luchtfilterklep en de luchtinlaat.
Na het schoonmaken zet u de klep terug (doe eerst het
■
lipje bovenaan op zijn plaats en maak vervolgens het
lipje aan de onderrand vast) en draai de bevestigingsbout
weer vast.
EW220R, EW220ST, EW320R, EW220TR,
EW320TR (Zie Afb. 7 7 7 7 7 -!3 !3 !3 !3 !3 , !4 !4 !4 !4 !4 )
(1) Type met urethaan schuimelement (Zie Afb. 7-!3 )
NL
Verwijder het element en was dit in schone kerosine of
■
dieselolie. Laat er vervolgens een mengsel van 3 delen
kerosine of dieselolie en 1 deel motorolie intrekken.
Knijp het element uit om dit mengsel te verwijderen en
doe het terug in het luchtfilter.
(2) Urethaanschuim dubbel element type (Zie Afb. 7-!4 )
Reinigen urethaanschuim (Zie Afb. 7-!4 - w)
■
Was en reinig het urethaanschuim met een reinigings-
middel. Laat het vervolgens goed drogen. Reinig het
urethaanschuim element elke 50 bedrijfsuren.
Tweede element (Zie Afb. 7-!4 - q)
■
Reinig dit door er voorzichtig tegen te kloppen en het
vuil er af te blazen. Of u kunt het element in water wassen
en vervolgens goed laten drogen. Gebruik in geen geval
olie. Reinig het papieren element elke 50 bedrijfsuren
en vervang de set elementen elke 200 bedrijfsuren.
OPMERKING
Reinig en vervang luchtfilter elementen vaker bij gebruik
in een stoffige omgeving. Vervang een element wanneer
het stof of vuil er niet meer uit verwijderd kan worden en/
of wanneer het element vervormd of versleten is.
9. VERVANGEN BRANDSTOFLEIDING
(Zie Afb. 7 7 7 7 7 -!5 !5 !5 !5 !5 , !6 !6 !6 !6 !6 )
WAARSCHUWING
Wees zeer voorzichtig wanneer u een brandstoflei-
ding vervangt; benzine is zeer licht ontvlambaar.
Vervang de brandstofleiding elke 1000 bedrijfsuren of om de
2 jaar. Als u merkt dat er brandstof lekt uit de brandstofleiding,
dient u deze onmiddellijk te vervangen.
10. CONTROLEREN VAN BOUTEN, MOEREN
EN SCHROEVEN
Zet losse bouten en moeren weer vast.
■
Controleer op brandstof- of olielekkage.
■
Vervang beschadigde onderdelen door nieuwe.
■
10
11. BINNENKANT POMP REINIGEN
Draai de speciaal moeren van het pomphuis tegen de
■ ■ ■ ■ ■
klok in los .
Trek het huis naar u toe en verwijder de binnenste schaal
■ ■ ■ ■ ■
(waterreservoir) en reinig deze met schoon water.
Reinig de binnenkant van het pomphuis en de afdekking
■ ■ ■ ■ ■
daarvan met schoon water.
6. VOORBEREIDINGEN VOOR
OPSLAG
1. WATER (Zie Afb. 8 8 8 8 8 -q q q q q ,w w w w w )
Verwijder al het water uit de pomp middels de aftapk raan.
LET OP
Voor het herbevestigen van de aftapplug het schroefdraad
in de kraan reinigen om beschadigingen te voorkomen.
2. MAAK DE PERSSLANG LOS
Kantel de pomp en laat al het water uit het persgat lopen. De
pomp kanernstig beschadigd raken wanneer water in de
pompkamer bevriest.
3. AFTAPPEN VAN BRANDSTOF
(Zie Afb. 8 8 8 8 8 -e e e e e )
WAARSCHUWING
Als u de motor langer dan 1 maand niet zult gebruiken, dient u
de brandstof af te tappen om te voorkomen dat het
brandstofsysteem en de carburateur verstopt raken.
EW120R
Laat de brandstof uit de vulopening van de brandstoftank
■
lopen.
Druk de opvoerpomp van de carburateur in tot alle
■
brandstof eruit is.
EW220R, EW220ST, EW320R, EW220TR,
EW320TR (Zie Afb. 8 8 8 8 8 -e e e e e )
Verwijder de filterkom, plaats het filter over een
■
opvangtank en zet de benzinekraan open zodat de
brandstof uit de tank loopt.
Verwijder de aftapschroef van de vlotterkamer van de
■
carburateur en tap de brandstof af.
4. MOTOROLIE (Zie Afb. 8 8 8 8 8 -r r r r r )
Ververs de motorolie.
■
Verwijder de bougie, doe ongeveer 5 cc motorolie in de
■
cilinder, trek rustig 2 of 3 keer aan de trekstarter en doe
dan de bougie weer op zijn plaats.
5. REINIGEN EN OPSLAAN
Trek rustig aan de trekstarter tot u weerstand voelt en
■
laat de motor in deze positie staan.
Reinig de motor zorgvuldig met een doek met wat olie,
■
doe de kap op zijn plaats en bewaar de motor binnen in
een goed geventileerde ruimte met een lage vochtigheid.
Open vuur verboden