Oliepeil controleren
Motorschakelaar uitschakelen.
Apparaat op een vlak terrein plaatsen.
Afbeelding
Olievulschroef met oliepeilstok verwij-
deren en oliepeilstok schoonvegen.
Steek de olievulschroef met oliemeet-
staaf tot de aanslag in de olievulope-
ning (niet inschroeven) en trek ze er op-
nieuw uit. Oliepeil controleren.
Bij een laag oliepeil:
Vul motorolie (SAE 10 W30) tot de on-
derkant van de vulopening
(maximale vulhoeveelheid zie „Techni-
sche gegevens").
Olievulschroef erin schroeven.
Olieverversing
Voer de olievervanging bij een warme mo-
tor uit.
Afbeelding
Olievulschroef met oliepeilstok verwij-
deren en oliepeilstok schoonvegen.
Olieaftapschroef uitdraaien en olie op-
vangen.
Olieaftapschroef indraaien en vast aan-
draaien.
Apparaat op een vlak terrein plaatsen.
Vul motorolie (SAE 10 W30) tot de on-
derkant van de vulopening
(maximale vulhoeveelheid zie „Techni-
sche gegevens").
Olievulschroef erin schroeven.
Luchtfilter controleren
Afbeelding
Luchtfilterbehuizing wegnemen.
Reinig of vervang vuile filterelementen.
Vervang beschadigde filterelementen.
Zet de luchtfilter opnieuw ineen.
42
Afzetbak reinigen
Afbeelding
Brandstofkraan sluiten.
Schroef de afzetbak uit.
Neem de O-ring weg.
Reinig de afzetbak en de O-ring in on-
brandbaar oplosmiddel en laat drogen.
Plaats de O-ring in de brandstofkraan.
Draai de afzetbak in en span aan.
Brandstofkraan openen
Controleer de afzetbak op dichtheid.
Vervang bij ondichtheid de O-ring.
Controleer de bougie.
Afbeelding
Bougiestekker aftrekken.
Reinig de bougie en de omgeving er-
rond.
Schroef de bougie eruit.
Vervang bougies met versleten elektro-
den of een gebroken isolator.
Afbeelding
Controleer de afstand tussen de elek-
trode en de bougie.
LET OP
Een losse bougie kan oververhitten en de
motor beschadigen.
Een te vast aangespannen bougie bescha-
digt de schroefdraad in de cilinderkop.
Neem zeker de instructies voor het vastzet-
ten van de bougie in acht.
Draai de bougie voorzichtig met de
hand erin. Verdraai de schroefdraad
niet.
Draai de bougie met de bougiesleutel
tot de aanslag en zet als volgt vast:
Span gebruikte bougies 1/8...1/4 om-
wenteling vast.
Span nieuwe bougies 1/2 omwenteling
vast.
Bougiestekker opsteken.
– 5
NL