5.4
Besturing aansluiten en opstellen
De bedrading van de trommelfiltermodule bevat de aansluitleidingen van de signaalbox, de
trommelmotor en de spoelpomp.
Aansluiten
N
Verbind de drie stekkers aan de bedrading met de bussen op de besturing. De wartelmoeren handvast vastdraaien.
►
De aansluitingen zijn verpolingsveilig en kunnen niet worden verwisseld.
►
−
Eerst het reservoir laten vollopen, dan de besturing op de netspanning aansluiten.
Plaatsen van het apparaat
O
Plaats de besturing in een afstand van ten minste 2 m van de vijver op.
►
Bescherm de besturing tegen direct zonlicht.
►
De besturing is spatwaterdicht en mag in de regen staan.
►
Opstelvarianten:
►
Besturing ophangen: aan de opname aan de reservoirwand van de trommelfiltermodule of via
−
schroefhaken op een andere plek.
Beide grondpennen op de besturing schuiven en grondpennen in de bodem steken.
−
Bij harde bodem:
Nooit op de besturing slaan.
►
De beide grondpennen op de besturing schuiven.
►
Grondpennen met lichte druk op de bodem drukken, om inslagpunten te markeren.
►
Grondpennen van de besturing aftrekken en in de bodem slaan.
►
Besturing op de grondpennen schuiven.
►
- NL -
111