11
Installatie
2. Zekeringkeuze - Zoals in het diagram is geïllustreerd, moet elke positieve elektriciteitskabel van
de lader naar de accu/accubank worden gezekerd. Kies een zekering die 10 ampère hoger ligt dan
de uitvoer van de lader (bijv. 60 ampère, kies een zekering van 70 ampère). Deze zekeringen komen
in verschillende maten en soorten. Bij het kiezen van de juiste zekering moet u de aansluiting op
de gelijkstroomkabel in overweging nemen (inline soorten voor lagere stroomsterktes, stiftbout- en
moerverbindingen voor hogere stroomsterktes) en de beschikbaarheid van vervangingsonderdelen.
Zekeringen en houders zijn verkrijgbaar via ProMariner of uw plaatselijke watersportwinkel.
3. Aarde - Dit is extreem belangrijk en wordt vaak over het hoofd gezien. Op de ProNauticP
is een algemene accuaarde aanwezig bij de positieve accuaansluitingen. Er is ook een
"chassisaarde".
a. Negatieve accupool - Zoals in het diagram is afgebeeld, is dit verbonden aan een contac-
trail of aansluitingsbout (niet inbegrepen) die minimaal de stroomsterkte van de laderuitvoer
aankomen (1260 = 60 ampère minimaal). Deze elektriciteitskabel moet van dezelfde grootte
zijn als de positieve gelijkstroomkabel die hierboven is gekozen. De negatieve accupolen zijn
verbonden met deze contactrail of aansluitingsbout.
b. Potentiaalvereffeningsbout, ook wel chassisaarde genoemd - Deze bout is verbonden
met het potentiaalvereffeningssysteem van de boot en de contactrail of aansluitingsbout die
hierboven zijn genoemd. Deze elektriciteitskabel mag een maat kleiner zijn dan de positieve
gelijkstroomkabel die hierboven is gekozen; bij een kortsluiting van de gelijkstroom naar de
behuizing is deze elektriciteitskabel van kritiek belang bij het dragen van de kortsluitings-
stroom om de zekering of onderbreker te activeren. De wisselstroomaarde kan GEEN hoge
stroomsterktes van de gelijkstroom aan.
4. Lege laderbanken - Bij een lege laderbank hoeft u geen jumperkabel te gebruiken zoals bij tradi-
tionele laders. Laat de positieve gelijkstroomkabel ontkoppeld en het apparaat zal correct werken.
Externe temperatuursensor
Sensoraansluitingen:
Accu-einde (ringaansluiting) – Aansluiten op de NEGATIEVE accupool.
Ladereinde – Sluit de "telefoon"-stijlstekker aan op de laderpoort die is aangegeven met
"Temp Sense".
Opgelet: Nadat de temperatuursensor is aangesloten, zal de lader zijn lading aanpassen op
basis van de temperatuur van de accu's. Dit staat bekend als temperatuurcompensatie, waarbij
de lader indien nodig teruggebracht zal worden om de levensduur van de accu te verlengen. Dit
is bijzonder handig voor AGM- en GEL-accu's die inherent temperatuurgevoelig zijn.
De ProNauticP wordt standaard geleverd met
een 'plug and play' temperatuursensor. De
temperatuursensor moet zijn verbonden terwijl
de lader wordt uitgeschakeld of voordat het op
de onderbreker wordt aangesloten gedurende
de installatie. Voor de beste prestaties bevestigt
u de sensor aan de negatieve pool van de
"huis" accu/bank.